Dit grappige boekje gaat over spel, fantasie en misverstanden. Zoals zoveel kleine kinderen dat doen, spelen Leen en Jan 'huisje', waarbij Leen de mama is en Jan de papa. Bas, de hond, die mag de poes zijn. Maar dan valt Leen uit de boom. Behalve een beetje hoofdpijn, lijkt het allemaal nogal mee te vallen, tot Leen Bas ‘poes’ noemt. Ongerust belt mama de dokter, die een heleboel rare vragen stelt. Gelukkig weet hij de spraakverwarring al snel te ontraadselen. Dit is het derde verhaal over Leen, Jan en Bas. De tekst staat groot gedrukt op een witte achtergrond en leest vlot. Op de tegenoverliggende bladzijde staat een zacht ingekleurde illustratie die nauw aansluit bij de tekst. Het misverstand tussen de kinderen en de volwassenen is grappig en ook de jonge lezertjes voor wie dit boekje bestemd is (te lezen na negen maanden leesonderwijs), zullen de humor ervan inzien.