Bezem

Bezem krijgt deze (nieuwe) naam wanneer hij als jonge hond uit het asiel gehaald wordt. Zijn vorige baasjes wisten geen blijf met hem. Hij is groot, harig, onstuimig, en heeft natuurlijk nog heel veel te leren. Zijn nieuwe baas is ook niet zo gelukkig wanneer Bezem dingen uit de vuilnisbak vist, de kat najaagt, en zijn onderbroek aan rafels scheurt. Maar Bezem en zijn baas leren met elkaar omgaan en van elkaar genieten. En wanneer Bezem haar verloren gewaande kat terugvindt, is zelfs de buurvrouw verzoend met een hond in de straat.
De kracht van dit boek ligt in het standpunt. Je ziet en beleeft alles namelijk door de ogen van Bezem zelf. Zijn kijk op zijn eigen gedrag en op de mensen en dieren in zijn omgeving maakt het verhaal bijzonder grappig. Die blik is uiteraard ontwapenend en naïef, ook als achtjarige lezer heb je de dingen sneller door dan Bezem zelf. Dit standpunt maakt Bezem heel menselijk ook. Een heerlijk boek, en je hoeft niet eens een hondenliefhebber te zijn om ervan te genieten!