Binnen in de boom wil jonge lezers op een originele manier kennis laten maken met de bewoners van een boom. Bij het openen van de stevige kaft vallen meteen twee delen op. Links tref je een boek aan dat bestaat uit zes glanzende dubbele bladzijden. Kleurrijke illustraties en informatieve tekstvakken wisselen elkaar evenwichtig af. Rechts springt er achter de eerste bladzijde een uitklapbare boom tevoorschijn. Die bestaat uit zes flappen die elke keer groter worden. Op elke boom staan een aantal dieren en hun bijhorende benaming afgebeeld. Er werd gedacht aan insecten zoals het vliegend hert, juchtleerkevers en de eikengalwesp. Ook zoogdieren zoals eekhoorns, diverse soorten muizen, marters en vossen komen er naast vogels en amfibieën op voor. De achterkant van elke uitklapbare boom bevat een aantal tekstblokken met informatie over de bewoners. Verweven in de illustraties en achter flapjes tref je verwijzingen naar het informatieve deel.

Er valt heel wat te vertellen over het leven in zo’n boom. Auteur en illustrator kozen ervoor om dat op een speelse wijze te doen. Ze stellen zowel in de boom als op de bijhorende informatieve bladzijden de dieren als menselijke figuurtjes voor. In de huiselijke tafereeltjes slapen ze in bedjes, eten ze met mes en vork of nemen ze gezellig een bad. Dat ziet er gezellig en schattig uit maar levert gelijktijdig een wankel evenwicht tussen fictie en non-fictie.

Je kan het als een kleurrijke uitnodiging beschouwen om met meer nieuwsgierigheid naar het leven in en rond een boom te kijken. Maar je kan het ook als een uiterst decoratief kijkboek zien waarin best met voorzichtige handjes gebladerd wordt.