Boem!

(of 70.000 lichtjaren van huis)

Jim heeft het niet altijd makkelijk met de andere leden van het gezin: zijn werkloze vader leeft alleen nog voor modelvliegtuigjes, zijn moeder heeft het geweldig druk met haar late carrière, en zijn zestienjarige zus Becky laat geen gelegenheid voorbij gaan om hem te treiteren, al moeten we toegeven dat dit tweerichtingsverkeer is. Wanneer Jim en zijn beste vriend Charlie een leerkrachtenvergadering afluisteren, ontdekken ze dat twee van hen een geheimtaal spreken. Hun nieuwsgierigheid is meteen gewekt en ze doen alles om het geheim te ontrafelen. Ze nemen daarbij geweldig grote risico’s, wat leidt tot de ontvoering van Charlie. Maar Jim zet de achtervolging in, met onverwachte steun van Becky. Het verhaal mondt uit in pure sciencefiction en geeft het gevoel wat op hol te slaan. Maar op zo’n grappige manier dat je er wel van moet houden. Het is met een geweldig gevoel voor humor dat Haddon bijvoorbeeld de metamorfose beschrijft van de zielige, in zelfmedelijden en schuldgevoel gehulde vader tot een gepassioneerde hobbykok. Of de figuur van Kraterhoofd schetst: het motor rijdende lief van Becky dat net de puistjes ontgroeid is. Het is ongetwijfeld het succes van 'Het wonderbaarlijke voorval met de hond in de nacht' dat ertoe geleid heeft dat dit boek uit 1992 werd herwerkt en heruitgegeven. En met recht en reden.