De Dekseldrager Van Heteketel

Toen de aarde ging beven en het gas uit de grond spoot, verlieten de mensen het eiland Orniskoog, behalve de oude machinist Sikke en zijn vrouw Olivia. Zij onderhouden een goede band met de vogels die het eiland bevolken. Sinds ze gingen muteren, noemen die vogels zichzelf ‘suizers’: zo kreeg Duikeend een kievitskuifje en Meeuw een uilengezicht.

Het verhaal begint als een dystopie, geïnspireerd door de fel gecontesteerde gaswinning in Noord-Nederland. Dat gegeven biedt kansen en de personages Sikke en Olivia en de suizers brengen het verhaal echt tot leven. Het krijgt ook letterlijk vaart als ze met het piratenschip van Oebele Oesterklep de gevaarlijke tocht ondernemen naar Heteketel. Dat zou het paradijs op aarde zijn, heerlijk warm en niet guur en koud zoals hun eiland. Die tocht langs het Haaienrif en de Blauwe Waterkraak lijkt geïnspireerd door De kleine kapitein van Paul Biegel, met wie Harm de Jonge ook een voorkeur voor klinkende namen en spitse zinnen gemeen heeft. Die maken van het verhaal ook een avontuur in taal.

Toch wist het geheel me niet echt te overtuigen. Dat komt vooral doordat het verhaal na een tijdje begint te zwalpen. De milieuproblematiek zinkt weg onder een stroom fantasievolle invallen die alle kanten op gaan. De suizers blijken niet zozeer gemuteerd door de milieuramp, maar door met andere soorten te ‘knuffelen’. Door zich te laten opereren ontstonden op Heteketel vreemde ‘leenwezens’ als het paard met een mensenhoofd. Ze kunnen hun dierbaren na hun dood blijven zien in bewaarspiegels. Natuurlijk is het ook daar geen paradijs: het is er zo warm dat je op den duur afbrokkelt. De suizers besluiten dan ook al snel om terug te keren naar Orniskoog, waar ook het verhaal verder afbrokkelt: dankzij meegesmokkelde goudvissen die goud poepen kunnen ze alles kopen wat nodig is om de bittere koude te verdrijven, daarbij geholpen door de Dekseldrager, de koning van Heteketel en zijn zoons …

De dekseldrager van Heteketel is niet alleen een verhaal in woorden, maar ook in beelden. De talrijke illustraties van Herma Starreveld volgen het vertelde op de voet. Niet alleen weet ze de gemuteerde suizers met veel fantasie te tekenen, maar ze kan ook sfeer oproepen, bijvoorbeeld in het ruim van het piratenschip of in het koudwaterbad met de Dekseldrager. Sikke en Olivia schildert ze als een gemengd koppel, een fijne aanvulling bij de tekst.