De dochters van sjeik Boul-Boul

Het leven van de dochter van een sjeik is natuurlijk helemaal anders dan dat van een gewoon meisje. Een megagroot paleis, alles wat je hartje begeert, elke dag nieuwe kleding… Dat is dus het leven van Narous en haar oudere, snoepzieke zusje Six. Samen met mama Yasmin en papa Boul-Boul, de koopverslaafde sjeik, brengt ze haar leven door in weelde, maar eigenlijk geniet ze nog het meeste van doodgewone dingen. Voor de sjeik is het beste echter nooit goed genoeg en hij wil altijd maar meer en meer. Op een dag wil hij een dierentuin, maar daar steekt zijn vrouw een stokje voor. Hij kan zijn zoo krijgen, op voorwaarde dat hij honderd dagen een gewoon leven kan leiden in Londen, waar zijn schoonouders – ook niet bepaald onbemiddelde mensen– leven. Zo gezegd, zo gedaan en het hele gezin verhuist naar Londen. Maar of het nieuwe leven hen daar bevalt? Narous geniet van het gewone schoolleven, maar haar vader blijft het moeilijk vinden om in gewone kleding rond te lopen en weigert aanvankelijk het huis te verlaten. En als hij al eens een keertje mag gaan shoppen, loopt het helemaal uit de hand en vetrekken ze iets vroeger dan gepland terug naar huis. Desondanks heeft de sjeik de weddenschap gewonnen, wat mij persoonlijk de wenkbrauwen deed fronsen. Ergens ken je het allemaal wel uit andere boeken of films: het rijkeluisdochtertje dat eigenlijk nog het meest geniet van de dingen die voor het gewone plebs dagelijkse realiteit zijn, een zus die zich wel graag wentelt in luxe, een sjeik die totaal onaangepast is voor het gewone leven … vernieuwende zaken ga je in dit boek niet tegenkomen. Toch is het verhaal leuk geschreven en zal het kinderen van een jaar of negen, en dan vooral meisjes, ongetwijfeld aanspreken.