De Heksenselectie

De familie Kwaaikind krijgt op een dag een kind. Van bij de geboorte weten ze al dat Arriman geen gewone baby is. Hij heeft bijvoorbeeld al tanden. Arriman heeft dan ook speciale gaven. Hij is de Tovenaar van het Noorden, vijand van het licht. Maar Arriman krijgt het moeilijk. Hij zou een opvolger willen voor zijn zwarte magie, en dus zou hij moeten trouwen. Maar met wie? Hij verzint een wedstrijd voor de heksen uit de buurt. Zij moeten allen hun zwarte magie tonen. De machtigste heks mag zijn vrouw worden. Alle heksen verzamelen zich en bereiden zich voor op de wedstrijd. Belladonna echter heeft het moeilijk. Zij is de liefste heks en doet aan witte magie. Ze tovert alleen maar mooie dingen en doet er alles aan om zo zwart mogelijk te worden, want eigenlijk is ze verliefd op Arriman en zou ze best met hem willen trouwen. Het hele boek is een verslag van de wedstrijd. Belladonna krijgt hulp van een weesjongen Theodor en zijn trawant, de worm Rover. Met die twee aan haar zijde blijkt Belladonna wel zwarte magie te kunnen bedrijven. Wanneer zij uiteindelijk de wedstrijd wint, blijkt dit dankzij Theodor die zonder het zelf te beseffen de opvolger van Arriman blijkt te zijn. Van bij de eerste bladzijde zit je in een echt fantasieverhaal. Ondanks het onderwerp is het geen bibberverhaal. Met veel humor en fantasie worden de toverkunsten van de heksen beschreven. De humor is niet altijd op niveau van de jonge lezers en soms overdreven. Het verhaal is bovendien langdradig. Van bij het begin heb je als lezer door dat Belladonna de wedstrijd wel zal winnen. De namen van de heksen en het personeel van Arriman zijn grappig: meneer Loodboter, Moeder Bloedmos, Nina en Nora. Het verhaal is slechts een aaneenschakeling van toverkunsten, die wel vlot beschreven zijn maar mij niet konden blijven boeien.