De maan-zaak

Dash, een jongen van twaalf jaar, woont samen met zijn ouders en zijn zusje Violet op de maan. Het is 2041. Dat klinkt op zich heel spectaculair, maar daar denkt Dash anders over. Op maanbasis Alfa wonen er nog onderzoekers en wetenschappers, zoals zijn ouders, en ook een handjevol toeristen. Wat zo spannend en aantrekkelijk lijkt, is in realiteit een grote tegenvaller: ze wonen zeer klein, er is weinig comfort, het is er vreselijk saai, het eten is slecht en de sfeer is niet altijd optimaal. Nog erger is dat Dash hierover niet mag communiceren met de aarde, want het is de bedoeling dat er in de toekomst steeds meer mensen komen wonen op de maanbasis. Dash wordt, zoals ook de andere kinderen, verplicht om regelmatig filmpjes of blogpost naar de aarde door te sturen met veel positieve boodschappen en aantrekkelijke nieuwtjes.
Als Dash op een nacht naar het toilet gaat, hoort hij per toeval professor Holtz een gesprek voeren via de telefoon. De professor is zeer enthousiast en zegt dat hij de volgende dag ‘het grote nieuws’ zal bekendmaken. Maar de volgende dag wordt professor Holtz dood teruggevonden buiten de basis. De officiële doodsoorzaak zou zijn dat hij zijn ruimtepak niet goed heeft aangetrokken. Dash gelooft er niets van en gaat op onderzoek uit. Uiteraard wordt hem dit ook nadrukkelijk verboden, maar toch zet hij voort. Dash krijgt hulp van Kira, die net als nieuwe maanbewoner is aangekomen.
Voor Dash is dit een welgekomen onderbreking van zijn saaie leven, maar voor hij het weet, loopt hij zelf gevaar en zit hij verwikkeld in een kluwen van verraad en intriges.
Het boek is geschreven in dagboekvorm. Als lezer lees je dus over Dash' schouder mee, terwijl hij zijn dagelijkse en soms wat ongestructureerde notities maakt. De auteur leefde zich goed in, in de leefwereld van een twaalfjarige en laat Dash zijn ongezouten mening geven over het leven op de maan en de bewoners van de basis. Dat leidt soms tot grappige anekdotes, die je als lezer wel kan waarderen. Als lezer word je zo goed betrokken bij het verhaal en ga je samen met Dash op zoek naar de mogelijke moordenaar van professor Holtz. Het dagboek wordt telkens afgewisseld met uittreksels uit ‘De Officiele Bewonershandleiding voor Maanbasis Alfa’. Deze uittreksels zijn pure propaganda en staan in schril contrast met het reële leven op de maan. Als lezer voel je je zo nog meer verbonden met Dash, omdat je weet hoe moeilijk hij het heeft en hoe de leiders de mensen op aarde een verkeerd beeld voorschotelen. Het boek bevat ook een plattegrond van de basis.
'De maan-zaak' is een komisch, futuristisch who-done-it verhaal dat heel vlot leest. De auteur heeft duidelijk kennis van de ruimtevaart en liet zich goed informeren door een personeelslid van Spacex. Af en toe gaat het wat de technische kant op en worden er moeilijke woorden gebruikt, die misschien wel wat verklaard mochten worden. Anderzijds zijn er zaken die dan net weer teveel uitgelegd worden, bijvoorbeeld het feit dat de maan geen dampkring heeft.
De onverwachte wending aan het eind van het verhaal is opmerkelijk. Gibbs geeft aan dat er een vervolg komt op het verhaal en daar kijk je als lezer alvast naar uit, zeker ook door de verrassende plot in dit boek.