De taal van planten

Omdat planten niet kunnen verhuizen naar een betere plek als ze last hebben van ongedierte, of als het te droog, te heet, te koud of te nat voor ze wordt, ontwikkelden ze slimme strategieën. Die strategieën stellen hen niet alleen in staat om voor zichzelf te zorgen, ze stellen de planten ook in staat om in verbinding te staan met elkaar. Dat is wat wetenschappers, dankzij moderne technologie, nog maar relatief kort geleden hebben ontdekt. Dat inzicht probeert dit boek op maat van jonge kinderen te verduidelijken. Darya Beklemesheva vergelijkt de plantenwereld, ‘het woudwijde web’, met dat van de mensen, ‘het wereldwijde web’. Ze licht toe hoe planten samenwerken en communiceren, zich verdedigen, vijanden aanvallen, voedsel aantrekken en de eigen soort waarschuwen voor gevaar. Dat doet ze aan de hand van herkenbare en ook fascinerende voorbeelden. Zo is er de onopvallende acacia die een antilope kan doden en het kruidje-roer-mij-niet dat de blaadjes niet meer dichtvouwde toen het na dagenlang optillen, merkte dat het geen gevaar inhield. Verbazend is ook het experiment waarin het geluid van een hommel wordt afgespeeld en het erwtenplantje in de buurt als reactie de suiker in de nectar verhoogt.

De illustraties in dit boek zijn schematische voorstellingen die de bijhorende tekst ondersteunen. Ze bepalen mee het duidelijke overzicht op elke bladzijde. Suggesties om in andere boeken of websites nog meer informatie te vinden en een woordenlijst met verklaringen sluiten het boek af.

De taal van planten is rijk en origineel maar tegelijkertijd is het geen boek waar een groot aantal kinderen spontaan naar zal grijpen. Het is eerder een boeiend naslagwerk om samen te verkennen en om verwondering op te wekken. Een boek dat op kindermaat kennis uitbreidt, inzicht biedt en het respect voor de plantenwereld kan verhogen.