De zingende drum

Marijke van Mil is Surinaamse. Ze kwam op twaalfjarige leeftijd naar Nederland en ze is sedert vijf jaar professioneel vertelster. ‘De zingende drum’ is een soort mythisch verhaal, over de strijd van het goede, het mooie en het creatieve (de drum dus) tegen het kwade, negatieve en destructieve, de duivel. Die heeft de drum van de mensen gestolen, want van al zijn slechte daden werd hij ook niet vrolijk en de drum verzacht de pijn van het zijn. Maali is het kind van Oema, de laatste van een soort engelengeslacht, en Ieko, de timmerman. Oema werd toen de duivel de drum stal door hem meegesleurd. Als Maali een jaar of 11 is, wordt zijn vader doodziek en Maali wil hem helpen door de drum terug te gaan halen in de hel. Zijn moeder is hij vergeten, hij gelooft zelfs dat ze een handlangster is van de duivel. Onderweg naar de hel beleeft hij allerlei avonturen. Zo is er bijvoorbeeld een naar vriendschap hongerend reuzenkuiken, een schijnheilige krokodillenkoning en de mooie koningin Batseba, die haar ziel heeft verkocht aan de duivel. Hij slaat er zich flink doorheen, maar in de woestijn, vlak voor de hel, dreigt hij aan zijn einde te komen. Hij wordt gered door de kokkin van de duivel, die zijn moeder blijkt te zijn. Zij is natuurlijk niet de slechte vrouw waar hij haar voor hield. Hij verslaat de duivel, neemt de drum mee en gaat weer naar huis. Zijn vader is ondertussen gestorven, maar het lieve mooie meisje dat hem verzorgde, is er nog wel. Ik kon aan dit verhaal kop noch staart krijgen. Het hangt met haken en ogen aan elkaar, is ook moeilijk te volgen. En vooral, de zin ervan wordt niet duidelijk. Wat wilde de schrijfster er nu eigenlijk mee zeggen? Wat is de functie van de verschillende personages? Ze duiken op en verdwijnen, schijnbaar zonder enige zin. Ik vond ook de mengelmoes van totaal verschillende culturen heel raar, je snapt echt niet wat ze er mee wil. Waarom de pad die moet gekust worden (uit westerse sprookjes) combineren met koningin Batseba uit het Oude Testament, tegen de achtergrond van een tropisch land, waarschijnlijk Suriname? Is dit een metafoor voor de multiculturele samenleving? De illustraties zijn een soort zwart-witte schilderijen, die eruit zien alsof ze snel en met weinig finesse op het papier zijn gegooid. Dit hele boek is dus jammer genoeg een slag in het water.