Dubbelzus

Dat Karel Verleyen kon schrijven, zal niemand betwisten. Dat hij veel schreef ook niet. Het mag dan ook niet verbazen dat er na zijn dood nog enkele onuitgegeven boeken op de plank lagen, zodat we dit jaar nog wel wat Verleyens geserveerd kregen. Zo ook deze ‘Dubbelzus’ en om maar met een flauwe woordspeling te beginnen: ik heb er een dubbel gevoel bij, vind het geheel maar zus en zo … ‘Dubbelzus’ brengt ons het verhaal van Siska die plots met een dubbelganger geconfronteerd wordt, een dubbelganger die zich blijkbaar niet steeds van haar beste kant laat zien. Wanneer Siska de mysterieuze Amerikaanse May ontmoet, kan ze inderdaad niet anders dan toegeven dat ze als twee druppels water op elkaar lijken. Al gauw blijkt dat ze niet alleen hun uiterlijk gemeenschappelijk hebben, of verbeelden ze zich dat maar? Want is het niet bijzonder toevallig dat Siska’s vader en tweelingzusje Marthe spoorloos verdwenen in het Amazonegebied? Wel werden hun bebloede kleren teruggevonden, maar dat was dan ook het enige. En is het niet bizar dat May’s vader aan geheugenverlies lijdt? Raar ook dat hij geneesmiddelen ontwikkelt op basis van plantenextracten, iets wat Siska’s vader ook deed. Jammer bovendien dat Siska’s moeder haar verdwenen man niet kan herkennen, want zijn gezicht is na serieuze verminkingen geopereerd met een ander uiterlijk tot gevolg. Ook al lijkt het te mooi om waar te zijn, Siske en May willen samen met hun vrienden Heleen en Gerdjan uitzoeken of ze toch geen dubbelzussen zijn, zoals ze het tweelingschap uitdrukken. Resultaat laat niet op zich wachten en een happy end sluit dit boek af. Verleyens vlotte schrijfstijl maakt dat dit verhaal je weet te boeien tot het einde, al kon ik een lichte ergernis omtrent de ietwat overdreven toevalligheden en bijhorende verklaringen niet onderdrukken. En waarom May bij aanvang van het verhaal zo kattig en bitsig doet, wordt ook nergens verklaard. Blijkbaar enkel om de persoonsverwarring betreffende de twee meisjes in de verf te zetten … Wat de tekeningen toevoegen aan het verhaal is me ook niet geheel duidelijk. Ze sprankelen niet en lijken enkel als bladvulling te dienen. Daarenboven kan ik me niet voorstellen dat de meisjes op de kaft twaalfjarigen moeten voorstellen, iets wat ze volgens het boek wel zijn. Al vind ik de kaft wel iets schattigs hebben. Verleyens vakmanschap maakt dat dit boekje naar een iets hoger niveau getild wordt. Leuk verhaal in zijn erfenis, niets meer, niets minder.