Spot is een hond, hij woont al drie jaar bij Baasje. Muis is een kat, zij heeft sinds kort haar intrek genomen in het huis. Ze wil bij Spot op de mat. Maar de mat is van Spot. Gelukkig vinden ze snel een galante oplossing voor hun probleem. Verder lijken kat en hond in heel wat te verschillen. Kat is vrij, ze gaat en staat waar ze wil, hond is gebonden aan regels en vindt het fijn om Baasje te gehoorzamen. Hij durft de tuin niet uit. Het lijkt wel of hij een lijn in zijn hoofd heeft! Op een nacht krijgt Muis Spot zover dat hij met haar meegaat naar het verre bos. Daar laat de kat de ‘tweede maan’ zien aan de hond. Maar de maan trekt aan het touwtje van Muis. Is Muis wel zo vrij als ze beweert? Of is niemand echt helemaal vrij? Met weinig woorden en korte zinnen wordt hier een bijzonder sterk verhaal neergezet. Een verhaal over vrijheid en bindingen. De zo verschillende karakters van kat en hond worden subtiel met elkaar vergeleken en geconfronteerd. Al krijg je wel wat de indruk dat Spot het met zijn goeiigheid toch moet afleggen tegen Muis haar vernuft. Met humor en fantasie diept de auteur z’n thema uit. Een handvol wetenschappelijke informatie wordt afgewisseld met prettig gestoorde interpretaties. Ook poëtische overpeinzingen zijn niet van de lucht. Het boek leest vlot, temeer omdat de conversaties pittig zijn! De hoofdstukjes hebben de ideale lengte, zowel voor de jonge lezer als om voor te lezen. De zwart-witillustraties van Veerle Derave zijn sober doch krachtig getekend.