Ei moet uit

Een jongetje vindt een ei in een sneeuwlandschap en gaat op zoek naar iemand om het ei uit te broeden. Maar de slang is niet warm en wil het ei opeten. De eend is niet groot genoeg. De olifant dan weer te groot. De walvis heeft geen poten, en de mieren hebben het te druk. En dan breekt het ei …

Het verhaal is niet alleen leuk om voor te lezen, het laat toe heel wat te vertellen over dieren: over eieren uitbroeden uiteraard, maar ook over mierengedrag, over zoogdieren versus vogels en reptielen, en ook over de habitat van verschillende diersoorten. Want op de achtergrond verschuift het sneeuwlandschap over water, door de jungle, naar een bergrivier, langs de savanne, tot in de woestijn. De bijhorende temperatuurstijging voel je ook in de kleuren die steeds warmer worden. Tot het ei uitkomt in de warmte van het jongetje zijn armen. Daarbij somt hij nog even alle voorwaarden op waaraan de uitbroeder moet voldoen, en vang je in de illustratie een glimp op van alle dieren in het verhaal die hier niet aan beantwoorden: leuk om samen te benoemen.

De illustraties zijn bijzonder sfeervol en op hun best in weidse landschappen als de pool, de zee met walvis of het nachtelijke bos. De jongen is minder geslaagd. De onweerstaanbare cover verdient een afzonderlijke vermelding: de titel staat in een ei, tegen een achtergrond van veel dieren in prachtige pasteltinten.