Dit boek is het laatste deel in het vierluik over het jonge heksje Elsie Pekel. In dit boek raakt Magenta Spits, de rode heks, vermist. Haar magische toren is nu onbewoond en dat moet zo snel mogelijk opgelost worden. Er mogen namelijk geen indringers de plaats komen innemen van de oorspronkelijke bewoonster. Een vreemde ijskoning heeft echter zijn zinnen gezet op die potentiële nieuwe woonplaats dus er is geen tijd meer te verliezen. Magenta’s trouwe raaf Corbett neemt de touwtjes in handen en roept de hulp in van Elsie Pekel en haar vrienden om Magenta op te sporen. Corbett blijkt een ietwat nukkige, norse vogel met een scherpe tong, maar een hart van goud. Elsie krijgt de klassieke heldenrol toebedeeld en de overige personages zorgen voor het peper en zout in het verhaal.

Regelmatig tovert dit boek een glimlach op het gezicht door de grappige dialogen tussen de karikaturale personages en het komische gehalte wordt nog verhoogd door de tekeningen tussendoor. De hoofdstukken zijn kort, het lettertype is wat groter en de illustraties zijn gemaakt in cartoonstijl. Daardoor valt dit spannende en grappige boek ongetwijfeld ook in de smaak van minder geoefende, jonge lezers.