Het geheim van Antarctica

Expeditie Larsen-C

In het kader van het ‘Internationale Pooljaar 2007/2009’ ondernam de bekende Belgische avonturier Dixie Dansercoer , 110 jaar na Adrien de Gerlach, een expeditie naar Antarctica. Hij volgde met zijn zeilboot Euronav dezelfde route als De Gerlach en maakte dezelfde twintig landingen. Een cameraman en een fotograaf maakten deel uit van de crew. Zij zorgden voor vergelijkend beeldmateriaal. Dansercoer zag zijn onderneming niet louter als een historische en een sportieve prestatie. Hij wou ook de wetenschappen en vooral de ecologie ten dienste staan door de waargenomen veranderingen door te spelen. De toestand van het ijs op de Zuidpool is immers een belangrijke indicator voor aan de gang zijnde klimaatwijzigingen en een thermometer voor de gezondheid van de aarde. Het relaas van die authentieke expeditie, aangeleverd door ontdekkingsreiziger-auteur Dansercoer, werd door thrillerschrijver Bavo Dhooge verweven met een portie spannende fictie. Daarin wordt naast een saboteur ook een veertienjarige knaap aan de bemanning toegevoegd. De jonge Jacob Maerlant is een protégé en vertrouweling van de Dixie Dansercoer in het verhaal. Hij krijgt de belangrijke opdracht erover te waken dat het logboek niet in de handen van de spion valt. In dat dagboek noteert Dansercoer alles over ‘het geheim van Antarctica’, de ophefmakende ontdekking die hij doet in verband met ‘Larsen-C’, een van de grote ijslagen in het noordwesten van het continent. Zijn tegenstanders zijn niemand minder dan een groep politieke en economische wereldleiders die het geheim in de doofpot willen houden. Dankzij het dappere optreden van Jacob kan de saboteur aan boord ontmaskerd en uitgeschakeld worden. Maar ook na afloop van de expeditie blijft de jacht op het logboek open. De twaalfjarige Anna en haar tweelingbroer Agon, op skivakantie in de Alpen, raken door een lawine in het leven en het avontuur van Jacob verzeild. Een vreemd toeval, want zij bewegen zich zonder het te weten al via een andere link in de marge van de Zuidpoolkwestie. Het verhaal van de drie jongelui en het relaas van de expeditie in het logboek komen alternerend aan bod, wat de spanning ten goede komt. Die cocktail wordt nog verrijkt met een aantal mooie foto’s en kaarten en met brokjes interessante informatie, over de expedities van De Gerlach en Dansercoer of over Antarctica zelf (onder meer de fauna en flora, de soorten ijs die er voorkomen, geografische gegevens). In kleinere kleurenkadertjes antwoordt Dansercoer op vraagjes over het dagelijkse leven tijdens een expeditie. Grappig is wel dat je ook bij de fictieve personages wat ‘achtergrondinformatie’ krijgt op een gelijkaardige manier. Achteraan in het boek volgen nog extra informatie, een verklarende woordenlijst en een verwijzing naar literatuur over Antarctica. Een kaart met de vaarroute ontbreekt jammer genoeg. Het boek oogt aantrekkelijk, binnenin en aan de buitenkant. De kaft is bijzonder fraai ontworpen in de gletsjerkleuren zilvergrijs, lichtblauw en wit. Het verhaal is best spannend en wordt vlot gebracht en de drie jeugdige personages zorgen wellicht voor een grotere betrokkenheid van de jonge lezer, maar de mengeling van fictie en non-fictie vormt geen homogeen kwaliteitsvol geheel. Het reële deel, de Zuidpoolexpeditie van Dansercoer met zijn Euronav, is op zich boeiend, intrigerend en informatief. In hun ijver om de ecologische boodschap in de verf te zetten en tegelijk een zo breed mogelijk publiek te bereiken, voegen de auteurs te veel toeval en onwaarschijnlijkheid toe, waardoor de mengeling begint te schiften en wat troebel wordt, al laat ze zich best nog wel drinken door de avontuurlijke smaak. Hopelijk zet het boek heel wat lezertjes aan om (bijvoorbeeld op internet) op zoek te gaan naar het echte verslag van de expeditie en om de inzet van Dansercoer voor het behoud van de poolgebieden met belangstelling te blijven volgen. Als smaakmaker voor die real stuff verdient dit boek een ruime belangstelling. Op het literaire vlak moet de lezer nogal eens over dun ijs lopen.