In het land van vergeten

'In het land van vergeten' opent met een pakkende prent van een ingezwachteld dier. Een hond? Een mummie? Hij ontwaakt in een ziekenhuis en herinnert zich niets meer van de bombus waarover men hem vertelt. De politie bezorgt hem zijn naam en adres, een identiteit waarvan hij niets herkent. Hij moet dus op zoek naar zijn eigen huis en doolt rond door troosteloze, grijze straten. Katten worden opgepakt en afgemaakt, honden hebben de macht in handen (poten?). Hij ontmoet een eenhoorn die hem uitkiest, ontmoet die eenhoorn opnieuw. De eenhoorn vangt voor hem een kogelregen op en sterft. En dan is het hoofdpersonage plots in staat om de agenten te trotseren; hij kan door de muur van de stad heen en komt terecht in een meer vredevolle omgeving. Een tram brengt hem naar zijn eindstation waar hij in de spiegel kijkt en hoopt daar zijn nieuwe ik te zien. Hond of kat?
Dit boek is op zijn zachtst uitgedrukt fascinerend. Er hangt een gespannen, haast mystieke sfeer in de stad die gedomineerd wordt door de honden. De zoektocht naar identiteit houdt je als lezer op het puntje van je stoel. Maar antwoorden komen er nooit.
Dit boek laat zich niet in één hokje indelen; graphic novel, prentenboek? Zeker niet geschikt voor erg jonge kinderen, maar vanaf vijftien jaar kan het vast gesmaakt worden. De grote troef zijn de treffende prenten, die soms zelfs zonder woorden een perfect verstaanbaar verhaal creëren.