Het verhaal vertelt ...

De kunst van het vertellen in vijftig voorleesverhalen

Arend van Dam (tekst) en Alex de Wolf (illustraties) hebben inmiddels al een hele reeks van Vijftig voorleesverhalen. Er is een boek over de geschiedenis van Nederland ('Lang geleden'); over Nederlandse kunstenaars en hun werk ('Een hele kunst'); over feesten, tradities en gebruiken ('Op een dag'); over de rechten van het kind ('Nu of nooit') ... 'Het verhaal vertelt. De kunst van het vertellen in vijftig voorleesverhalen' is het achtste boek in de rij en brengt een selectie van grote verhalen uit de wereldliteratuur.

Het is een bonte verzameling geworden die in negen categorieën werd opgedeeld: dierenverhalen, Griekse en Romeinse mythen, ridderverhalen, wijsheid uit het oosten, sprookjes, ontstaansgeschiedenis, legendarische helden, sagen en als laatste verhalen van de zee. Arend van Dam wil jonge kinderen laten proeven van een aantal literaire klassiekers en hen op die manier kennis en ontspanning te bieden. Lering en vermaak: het zijn functies die al eeuwen aan literatuur worden toegeschreven.

Net zoals de vorige delen van de reeks kreeg deze uitgave een aantrekkelijke lay-out: een wat ongebruikelijk maar prettig formaat, vele kleurige prenten en een grote, uitvouwbare begeleidende poster. Deze laatste geeft een visueel overzicht van de behandelde werken. Het is wel jammer dat op de afgebeelde wereldkaart de geografische spreiding van de teksten niet wordt aangeduid.

Inhoudelijk biedt deze bundel tegelijk veel én weinig: een groot aantal onderwerpen, personages en genres uit verschillende historische periodes en regio’s komt aan bod. Elk verhaal  wordt voorafgegaan door een korte introductie die de (historische) context schetst; veel dus. Maar elk verhaal beslaat slechts een tweetal tekstbladzijden. Of het nu gaat om een kort sprookje ('Sneeuwwitje', 'De kikkerkoning') of om een omvangrijk epos ('Van den vos Reynaerde', 'Moby Dick'), ze krijgen allemaal evenveel ruimte toebedeeld. Dit betekent uiteraard dat in vele gevallen enkel de verhaaldraad overblijft en dat precies de kunst van het vertellen verloren gaat; weinig dus.

Strikt genomen gaat het in Van Dams selectie ook niet altijd om een literaire klassieker. Enkele voorbeelden: in het zeeverhaal ‘Het monster na Loch Ness’ gaat het eigenlijk om een volksgeloof en de sage van Tijl Uilenspiegel handelt eerder over de figuur van Uilenspiegel als tricksterfiguur. Bij 'Tijl Uilenspiegel' is het trouwens moeilijk om het over de sage te hebben: uit de zestiende eeuw kennen we het volksboek van Uilenspiegel (oorspronkelijk in het Duits) met een aantal losse verhalen over de streken van deze schelm maar in de tweede helft van de negentiende eeuw creëert de Franstalige Belgische schrijver Charles de Coster een heel andere Uilenspiegel. Van rondtrekkende nietsnut uit Noord-Duitsland wordt hij bij De Coster een Vlaamse held, die opkomt voor de onafhankelijkheid van zijn volk dat onderdrukt wordt door de Spaanse bezetter. Van Dam laat iets zien van beide tradities: hij brengt enkele bekende Uilenspiegelverhalen uit het volksboek maar noemt Uilenspiegels moeder Soetkin (zoals bij De Coster) en geeft ook De Costers verklaring voor de naam Uilenspiegel. Op die manier wordt er dus een nieuwe sage gecreëerd en dat gebeurt nog verschillende keren. Ik denk bijvoorbeeld aan de graallegende waar Van Dam vertrekt bij de 'Perceval' van Chrétien de Troyes (hier Christiaan van Troyes genoemd) maar hij noemt zijn personage Parsival (zoals bij de Duitse auteur Wolfram von Eschenbach), betrekt Merlijn in het verhaal (wat bij Chrétien niet gebeurt) en stapt vervolgens over naar Galahad, een personage dat ook al niet bij Chrétien terug is te vinden maar wel in grote verhaalcyclus rond Lancelot (de Lancelot en prose). Ook het ridderverhaal over 'De vier heemskinderen' en 'het ros Beiaard' krijgt in dit boek een aparte wending die we niet kennen vanuit de oorspronkelijke teksten.

Uiteraard zijn de bovenstaande opmerkingen in de eerste plaats van belang voor specialisten, maar toch zou het jammer zijn als de lezers en voorlezers het bij dit boek zouden laten. Als  een eerste kennismaking met een aantal bekende verhalen en personages kan 'Het verhaal vertelt' wel interessant materiaal bieden maar de echte, oorspronkelijke werken (en dat kan overigens best in moderne vertaling) zijn vaak zoveel boeiender dan wat deze bloemlezing kan laten zien.