Meneer Haas en Mevrouw Beer krijgen bezoek

Dit is het derde boek over Meneer Haas en Mevrouw Beer. Het ongewone koppel woont samen in een huis: Meneer Haas is eigenaar en Mevrouw Beer is huurder. Meneer Haas is erg op orde en netheid gesteld in schril contrast met Mevrouw Beer die een echte sloddervos is. In dit boek krijgen ze onverwacht bezoek van oom Haas. Dat heerschap heeft een heel grote koffer bij zich met daarin alle attributen die bij zijn bedillerige aard passen. Want oom Haas begint alles te veranderen in het huis, tot groot ongenoegen van Meneer Haas en tot vermaak van Mevrouw Beer. Meneer Haas durft eerst niets te zeggen, hij wordt ook echt jaloers als hij ziet hoe oom mevrouw Beer voor zich wint. Als oom ook nog de deurklopper wil veranderen is de maat vol. Meneer Haas stelt zich assertief op: "ik wil gewoon niet dat alles in mijn huis veranderd wordt. Ik vond het goed zoals het was." Beledigd gaat oom Haas inpakken. Maar of hij zijn lesje geleerd heeft valt te betwijfelen want bij het afscheid geeft hij te kennen dat bij zijn volgend bezoek de tuin aan de beurt komt.
Dat een beer en een haas zomaar samen kunnen wonen is in deze verhalen heel gewoon. De gevoelens van Meneer Beer zijn herkenbaar: onmacht, niet voor je mening durven uitkomen, jaloersheid ... Sommige woorden hebben een verklaring nodig, bijv.: steunend in "meneer Haas sleept steunend de koffers". De illustraties zijn duidelijk en aantrekkelijk.