Rotmoevie

Eppo is een jongen die liftend naar het zuiden van Frankrijk wil reizen. Een idee van zijn vrijdenkende ouders. Zelf ziet hij de zin er niet van in. Hij wordt opgepikt door de achttienjarige Tabby. Een losse meid die niet echt een doel lijkt te hebben. Haar rijgedrag is eigenzinnig en vrijgevochten. Wat ze vrij snel van mekaar aanvoelen is dat ze beiden hun eigen problemen hebben. Door te zwijgen en te vertellen laten ze elkaar elke kilometer een beetje dichterbij komen.
Het is een boeiend reisverhaal. Op elke pagina, elke alinea kom je via flashbacks meer te weten over de sympathieke road-trippers. Het boek leest zeer vlot en is ontroerend mooi. Niet echt een spannend verhaal, maar de wijze van schrijven houd je alert. Je wil het boek niet neerleggen en het nodigt uit om in één ruk uit te lezen.
Het begin doet wat denken aan Midzomernachtzee van Jan De Leeuw. Tieners die dit boek apprecieerden, zullen hier ook wel van genieten.