Top Secret vertelt hoe James en zijn zusje Lauren na de dood van hun moeder door Cherub gerecruteerd worden. Cherub is een afdeling van de Britse geheime dienst, waar kinderen zonder familie opgeleid worden tot spion. Immers, wie verwacht er nu dat kinderen deel uitmaken van een undercoveroperatie? Verdachten laten immers geen onbekenden toe, maar hun kinderen nemen na schooltijd wel gewoon hun vriendjes mee naar huis. Na een loodzware training van honderd dagen moet James infiltreren bij milieuactivisten die een terroristische aanslag voorbereiden. Ze wonen in Fort Harmony, een leefgemeengeschap van hippies in een nationaal park, en maken daar al snel vrienden. Dat toont meteen ook de keerzijde van de medaille, want door hun opdracht tot een goed einde te brengen, verraden ze hun nieuwbakken kameraden. Dit boek is een echte pageturner en doet denken aan de Alex Rider reeks. In tegenstelling tot deze laatste is James echter een gewoon kind, zij het met een uitzonderlijke begaafdheid voor wiskunde. Geen hokus pokus dus, geen hightechtoestanden of ingewikkelde snufjes, maar gedegen speurwerk vanuit onverwachte hoek. Bovendien beperkt de auteur zich niet tot louter actie, ook de alledaagse problemen van een doorsnee twaalfjarige komen aan bod. James Bond is ver weg, en toch is deze actiethriller een spannend en meeslepend boek, dat je op het puntje van je stoel gekluisterd houdt. Deze reeks staat dan ook heel wat dichter bij de realiteit en zal ongetwijfeld heel wat spionnen in spé aan het dromen zetten. Dit kan zelfs heel wat niet-lezers aanspreken: taal, stijl en zinsbouw zijn vrij eenvoudig, moeilijke woorden komen haast niet voor en de hoofdstukjes zijn vrij kort gehouden. Ideaal en onderhoudend leesvoer voor een luie namiddag, maar ook niet meer dan dat.