Vertel me wie we waren

In het vorige boek maakten we al kennis met de personages. In ‘April is de wreedste maand’ ging het vooral over de schrijfster Virginia Woolf die spoorloos verdwijnt. Haar familie gaat op zoek en we leren Quentin en zijn zus Angelica (kinderen van de zus van Virginia Woolf) beter kennen. Net zoals dit boek is het gebaseerd op bestaande personen en gebeurtenissen. Net zoals in het vorige boek drijf je hier meteen weg in een sfeer van verlangen, kunst, twijfels en nostalgie.
In het voorjaar van 1978 bezoekt Quentin het huis waar hij vijftig jaar geleden opgroeide. Het boerenhuis op het Engelse platteland stond bekend als een schilderij om in te wonen. Kunstenaars en vrijdenkers liepen er in en uit en vulden het huis met hun liefde en avonturen. Maar nu is het huis in verval en heeft het nog maar één bewoner: Duncan Grant. De man is schilder en ondertussen stokoud. Duncan zal de volgende dag naar zijn vriend Paul verhuizen en heeft het moeilijk. Ook voor Quentin is dat moeilijk: wat zal er met het huis en de vele herinneringen gebeuren? Om te vermijden dat alles verloren gaat, besluit Quentin om de verhalen en herinneringen op te schrijven. Zodat nooit zal vergeten worden wie zij waren, wie de bewoners van Charleston waren en hoe de buitenwereld tegen de Bloomsbury Group aankeek. Duncan, die in Quentins jeugdjaren volwassen was, is daarbij van onmisbare waarde. Hij kan immers veel vertellen, vooral over dingen waar Quentin als kind nog geen weet van had.
Omdat het de laatste dag is in het huis, heeft het hele verhaal een serene, nostalgische sfeer. Het doet je wat weg mijmeren, maar zonder je interesse te verliezen. Het liefst van al zou je in het boek willen kruipen en wensen dat je zelf in Charleston aanwezig was.
Rindert Kromhout schrijft niet alleen, hij verhaalt ook prachtig. De ontmoeting van Quentin met Duncan wordt mooi neergezet en afgewisseld met verhalen die Quentin zelf nog over die tijd wou schrijven.
Het derde boek leest veel aangenamer als je de twee vorige boeken (‘Soldaten huilen niet’ en ‘April is de wreedste maand’) gelezen hebt, hoewel het niet absoluut noodzakelijk is. Omdat er vaak met flashbacks gewerkt wordt, is wat voorkennis toch gemakkelijker. In ieder geval zal je vlug gebeten worden door het boek, zeker als je de andere boeken ook al las.
Het lezen zelf gaat bijzonder vlot. Dat komt vooral door de zeer soepele schrijfstijl van Kromhout, maar ook door de afwisseling van dialogen. Ook dit boek is een pareltje, vol gevoeligheden, waarin relaties, twijfels en de zoektocht naar jezelf centraal staan. Een absolute aanrader!