Vlinders en visioenen

In 'Vlinders en visioenen' lezen we het verhaal van de zestienjarige Anouk. Toen ze nog erg jong was, verliet haar vader het huis en begon haar moeder van de ene naar de andere man te fladderen. Haar nieuwste vriend is Paul, de overbuurman. Diens vrouw werd twaalf jaar geleden vermoord, men weet nog steeds niet door wie. Jakob, de overbuurjongen wordt stilaan een vriend, maar wanneer Anouk hem wil vertellen over de visioenen die ze sinds enkele weken heeft, jaagt ze Jakob van zich weg. Ze heeft namelijk visioenen over de moord op zijn moeder en krijgt daardoor een sterk vermoeden dat Jakobs vader erachter zit. Wanneer Anouk op onderzoek gaat, komt ze terecht in het hotel waar Paul de avond van de moord gezien zou zijn. Anouk bijt zich vast in het verhaal, maar beseft niet dat ze zichzelf daarmee in gevaar brengt …
Dit verhaal is vlot geschreven, maar zorgt niet voor een grote literaire openbaring. De kinderen zijn weer degenen met het grote verantwoordelijkheidsgevoel en zullen alles weer even gaan oplossen. Leuk voor een fantasieroman voor achtjarigen, maar deze leeftijdsgroep moet het toch van een ander niveau hebben. De symboliek (onder andere een vlinder die steeds opduikt, vuur dat Anouk in haar visioenen ziet) is weinig subtiel in het verhaal verwerkt en doet bijgevolg nogal krampachtig aan. Kortom, een spannend verhaal, maar geen schrijftechnische hoogvlieger.