Wraak

‘Wraak’ is het laatste deel van een vierdelige thrillerreeks rond hoofdinspecteur Harald Fors. Dit sluitstuk breit een vervolg aan de gebeurtenissen uit het eerste deel, ‘Zoek’ ( Nederlandse vertaling 2005). De andere delen, ‘Raak’ (2006) en ‘Dood’ (2007), staan meer op zichzelf, al zijn er ook raakpunten inzake personages en vooral thema’s. Ellen Stare was zeventien toen haar vriend Helmer (in ‘Zoek’) werd doodgeschopt door een groepje neonazi’s omdat hij een ‘nikkervriendje’ was. Zij was zwanger. De tweeling Lydia en Tove hebben hun vader dus nooit gekend. Veertien jaar later is Tove bezeten door de idee om hem te wreken. Dat Anneli Tullgren, de aanvoerster van haar vaders moordenaars (destijds zestien), nu als lijsttrekker opkomt voor de parlementsverkiezingen, werkt bij haar als olie op het vuur. De overgevoelige, vreedzame Lydia reageert hysterisch op de moordlust van haar zus. Anneli Tullgren heeft na haar vrijlating uit de gesloten jeugdinstelling rechten gestudeerd. Zij wil niet langer geweld gebruiken maar wel haar ultrarechtse ideeën op een legale manier, via de politiek doorvoeren. Als een nazistische vereniging waarvan zij lid is een terroristische aanslag beraamt, speelt zij daarover informatie door aan Fors. En dan wordt zij thuis met een mes neergestoken… Op dezelfde avond wordt de Griekse uitbater van een restaurant in zijn zaak neergeslagen door een stel jongeren. Ook de zonen van de Griek zinnen op wraak. Als een jongen door de politie ondervraagd wordt in verband met die zaak, nemen zij zonder meer aan dat hij een van de schuldigen is… Net als in de vorige delen houdt de verteller in ‘Wraak’ ongewoon weinig informatie achter. Door de wisselingen in het vertelstandpunt wordt de lezer zelfs geregeld over een en ander ingelicht nog vóór de hoofdinspecteur het achterhaalt. Toch blijft er voldoende geheimzinnigheid en stuwing in de plot om tot de laatste bladzijde te kunnen boeien. Maar een ontknoping waarvan je mond openvalt, moet je in deze thrillerreeks niet verwachten. Zoals we dat intussen van hem gewoon zijn, besteedt Mats Wahl veel aandacht aan het belichten van het neonazistische gedachtegoed. Zowel historische roots als diverse hedendaagse vormen, inclusief excentrieke uitwassen, komen daarbij aan bod. Die toelichting is zeker waardevol voor de lezer die pas in dit vierde deel met de personages en hun omgeving kennismaakt, maar voor degenen die de hele reeks gevolgd hebben wordt die uitgebreide duiding wellicht stilaan een beetje te veel van het goede. Gelukkig heeft de schrijver daarnaast ook oog voor een genuanceerde tekening van de psychologische achtergrond bij wraakgevoelens. Uit beide vervlochten verhaallijnen blijkt duidelijk dat iedereen, ook fijne, welmenende mensen – de ‘good guys’ – wel eens de vleugels van de wraakengel om hun schouders willen gorden. En dat wraak niet verlost van het kwaad maar integendeel nog meer kwaad veroorzaakt… Wahl is een getalenteerd schrijver die meer te vertellen heeft dan ‘wie het gedaan heeft’. Zijn boodschap is op de eerste plaats een maatschappijkritische. Maar met deze vier boeken is die wel voldoende duidelijk. De cyclus van ‘Zoek’ naar ‘Wraak’ is afgerond. Tijd nu voor iets nieuws, op een andere leest geschoeid.