Young Scientist Vakantieboek

Van de makers van New Scientist

Twee maanden niet naar school moeten gaan, is een prettig vooruitzicht. Voor veel kinderen duurt die periode van lekker zalig nietsdoen soms net iets te lang om nog boeiend te blijven, en dan ligt verveling op de loer. Het is trouwens ook niet zo dat tijdens de vakantie nieuwsgierige kinderen ophouden met nieuwsgierig te zijn. Journalist Jim Jansen weet dat als vader van twee kinderen maar al te goed. Jansen is hoofdredacteur van New Scientist en samen met zijn redactie maakte hij een knap vakantieboek voor jongeren, eentje dat verveling moet bannen en wachtmomenten in de trein, het vliegtuig, de file … kan opvrolijken. Ik ben ervan overtuigd dat dit helemaal zal lukken.
Het mooi geïllustreerde boek biedt een goede mix van weetjes en opdrachten. In korte verhalen vernemen jongeren vanaf acht jaar meer over tien gebieden in Europa en zelfs twee daar ver voorbij: Antarctica en Mars! Want hoe ziet een vakantie op Mars er eigenlijk uit? Waarom is het in Engeland één uur vroeger? Hoe komt het dat je geen roest ziet op de Eiffeltoren? Hoeveel eilanden heeft Griekenland? Wat is het typische eten en drinken van elk land? Welke taal wordt er gesproken? Zo krijg je in het miniwoordenboek van Nederland en Vlaanderen een lijstje van uitspraken in het dialect en in Standaardnederlands. Een voorbeeld: als inwoners van Zaandam ‘Ik vind het eng’ bedoelen, zeggen ze in het dialect ‘Me griezels lope over me grazzels’.  Grappig toch? Mopjes vind je overigens ook in dit boek. Bij elke bestemming lees je iets over de meest bekende attractie (grotten van Han, Sagrada Familia, onderzoekscentrum CERN …) en de beroemdste wetenschapper (Charles Darwin, Galilei, Louis Pasteur …). Natuurlijk mochten ‘Rankings’ niet ontbreken. Op een dubbele pagina staan de landen in rangorde vermeld voor de punten: meeste inwoners, grootste oppervlakte, bevolkingsdichtheid, hoogste berg, gemiddelde temperatuur overdag in de zomer en aantal dagen regen per maand in de zomer. 
Dat is allemaal interessant om te weten. En omdat kinderen ook graag dingen doen bedachten Jansen en zijn collega’s voor elk land een rebus, woordzoeker en codekraker. De oplossingen staan achteraan in het boek, behalve die van de woordzoekers. Op de allerlaatste pagina volgt immers nog een laatste uitdaging: wanneer alle woordzoekers opgelost zijn, kunnen de letters die overblijven achter elkaar geplaatst worden en krijg je een zin. Wie vóór 5 september 2016 het antwoord op de prijsvraag aan de redactie van New Scientist doormailt, maakt kans om een exemplaar te winnen van de Wetenschappelijke Scheurkalender voor Kids 2017. Misschien hebben leergierige kinderen dan niet alleen tijdens hun vakantie plezier van dit originele weetjes- en doeboek, maar nog veel langer!