André Kuipers is de eerste Nederlandse astronaut die twee keer naar de ruimte vloog. Hij woonde en werkte 204 dagen in het internationale ruimtestation, het ISS. Als hem gevraagd werd wat hij het leukst vond in de ruimte dan antwoordde hij “Het uitzicht!”. Soms moest hij snel zijn om te kijken want het ruimtestation vloog met 28.000 kilometer per uur. In 90 minuten vloog hij een hele ronde om de aarde. Zestien keer per dag passeerde hij de grens tussen dag en nacht. ’s Nachts genoot hij van een magische wereld vol lichtjes en drie kwartier later veranderde de planeet in een prachtige, lichtgevende blauwe bol vol met kleurige stukken land. Die wonderlijke ervaring deelt hij met jonge lezers in deze atlas van de aarde.

Hij neemt de lezers mee naar zestien willekeurige plekken in de wereld waaronder ook België en Nederland. Elk van die plekken wordt voorgesteld op twee aanleunende bladzijden. In de linkerbovenhoek geeft een rode stip op een wereldbol aan waar de plaats terug te vinden is. De achtergrond bestaat uit een foto van het gebied. Die geeft het uitzicht vanuit het ruimteschip weer. In die foto zitten tekstfragmenten met weetjes verwerkt. De informatie die ze bieden is beknopt maar duidelijk. Er is ook veel aandacht voor de funeste ingrepen van de mens op de planeet. Kleurrijke tekeningen illustreren de tekst maar geven het geheel ook iets naïefs en kinderlijks mee. Dat lijkt jammer voor wie diepere interesse heeft voor het thema, maar het bereikt daardoor ook een brede groep lezers.

Het boek sluit aan bij eerder verschenen werk voor jonge kinderen van André Kuipers.