De verdwenen Magiër
Als je het je kunt voorstellen, dan bestaat het. Ergens...
Dit verhaal start na het einde van de tweede wereldoorlog. Het huis van Simon, Patricia, Evelyn en Larry werd beschadigd door een bombardement. Hun ouders, die nu een nieuwe woonst in Londen zoeken, beslissen om hun kinderen op adem te laten komen op het platteland, in een oud landgoed dicht bij Stonehenge. De vier kinderen worden ontvangen door professor Diana Kelly. De vier zijn vrij overal in en rond het oude huis te gaan, uitgezonderd de bovenste verdieping is verboden terrein. En voor de jongste, Larry, is dit verbod juist de uitnodiging om op de bovenste verdieping te gaan snuffelen. Hier vindt hij een verborgen bibliotheek van Nicholas Crowne. Crowne blijkt een magiër te zijn die alle mogelijke uitgaven van boeken verzamelde in deze bibliotheek. De bibliotheek geeft uiteindelijk toegang tot drie werelden : de wereld van Toen, van Eens en van Nooit. Via deze toegangen komen de vier in een wereld - het land Foilo - terecht waar het verleden tegen de toekomst vecht. Zullen ze erin slagen om de oorlog tussen beide stop te zetten en de magiër terug te vinden?
In het dankwoord zegt de auteur dat hij voor dit boek schatplichtig is aan C.S. Lewis, de auteur van "De kronieken van Narnia". En dit zindert door het verhaal van de verdwenen magiër: de fantasie, een strijd tussen goed en kwaad, moedig en stoer zijn, dieren en sprookjesfiguren die leven in een fictieve wereld waar je naartoe kan gaan via een verborgen toegang (hier de bibliotheek). Er zijn verschillende lagen in dit boek die het boeiend maar terzelfdertijd ook complex maken. Een van die lagen is de traumatische ervaring van de vier kinderen; ze hebben juist de oorlog in Londen overleefd. De angst, de spanning, de doden en de vernietiging na bombardementen, hun vader die moedig is geweest ... dit is één rode draad die dit verhaal en de vier tekent. In nasleep van de oorlog blijkt ook dat de kinderen proefpersonen zijn in een project van de geheime dienst van Engeland. Via hen proberen ze toegang te krijgen tot de magische wereld van de magiër om zo definitieve vrede te bewerkstelligen in de reële wereld. Een andere boeiende laag zijn de werelden in het land Folio. Hier worden de kinderen gedwongen om partij te kiezen voor de sprookjeswereld van Toen (de wereld van het verleden, fantasie en letters) en van Eens (de toekomst, feiten en cijfers). Uiteindelijk blijkt de sleutel en de oplossing te liggen in het land van Nooit waar zich de magiër zou bevinden. Het verhaal leest vlot en de spanningsboog is strak en leidt tot — een thriller waardig — verschroeiend einde. Het is beeldend geschreven en doorheen het verhaal zijn de achtergrond van oorlog, moed en opoffering, fantasie en naïviteit verweven. De vier kinderen worden in dit verhaal (elk als individu) meer en meer volwassen. De ijle hoop dat ze uit het verwoestende van de oorlog (en de volwassenen) in een fantasiewereld kunnen vluchten, blijft nazinderen. Zelfs met een goede afloop. Net zoals bij Narnia blijft het een iconisch verhaal waar enkel echte helden en moedige figuren overleven én in functie van macht en onmacht.
De woorden "Als je het je kunt voorstellen, dan bestaat het. Ergens...." blijven na het lezen van dit boek een blijvende mantra.