Een o om in te bijten
Bas is trager dan de rest van de klas. Het uur kan hij nog niet lezen, maar kijken kan hij goed en verhalen uitvinden ook. Ze vertellen, dat is moeilijker, de woorden haperen soms in zijn mond. Soms lijkt het leven in de school op een grapje. Dan fantaseert Bas, dan lacht hij in zichzelf en ook wel eens luidop. Maar vaak is alles zo triest, intriest als niets lukt op school. Vooral wanneer de letters, de woorden en de cijfers zich niet laten vangen. Bas heeft dyslexie. Gelukkig geeft de meester hem wat meer tijd. Gelukkig kan Bas af en toe naar een juf die hem helpt. En gelukkig heeft Bas begripvolle ouders die zijn probleem erkennen. Daardoor krijgt hij tijd om zijn andere talenten te ontplooien. Het verhaal van Bas toont enerzijds aan dat het leren lezen, schrijven, spellen en soms ook rekenen niet altijd van een leien dakje loopt. Anderzijds geeft dit verhaal ook een herkenbaar beeld van de talenten en vaardigheden die op schools vlak wel eens over het hoofd worden gezien. Deze combinatie zorgt voor een mooi evenwicht. De bijsluiter bevat tips voor ouders en leerkrachten. De meest voorkomende vragen worden hierin beantwoord en bieden de geïnteresseerde lezer een duidelijk overzicht. Wie meer wil weten, vindt links die verwijzen naar het internet en naar boeken voor zowel volwassenen als kinderen. In een tijd waarin het probleem dyslexie steeds meer her- en erkend wordt, vormt dit boek een toegankelijk geheel. Kinderen vinden hierin een herkenbaar verhaal dat zich afspeelt in een reële wereld en volwassenen met vragen worden op weg gezet met gerichte informatie. Zoals de achterflap vermeldt is het een zacht boek over de moeilijkheden en de mogelijkheden van kinderen met dyslexie. Zo leest het ook. Doordat ook vooral de mogelijkheden van een kind met dyslexie in de verf worden gezet, zet het boek aan tot een bredere kijk. Een kijk waardoor het zelfvertrouwen van deze kinderen mede dankzij gerichte hulp kan groeien.