'De profetie' is een eerste deel uit de Eilanden-trilogie die vader en zoon Descamps samen geschreven hebben. Het verhaal begint heel rustig, terwijl we kennis maken met een bijzonder volk. Dit volk leeft op een eiland en heeft geen weet van ander leven op de planeet. Ze hebben hun eigen culturele gebruiken, waarbij de Wachters een zeer belangrijke taak te vervullen hebben. Zij moeten de steen bewaken die het eiland drijvend houdt en de straal in leven houden die een ander eiland zou kunnen aantrekken. De profetie stelt dat op dat moment een volk weer één zal worden.
Jari is een Wachter, zijn vriend Thom is krabbenvanger. Een paar keer per jaar zien de vrienden elkaar, wanneer de straal weer moet opgeladen worden. Er is dan een groot volksfeest waarvoor iedereen samenkomt. Telkens is de straal beter en groter als de vorige keer, volgens de bewoners. Thom en Jari kunnen weer bijpraten en drinken. Tijdens dit feest leren ze Enea kennen, een vrouw die ze allebei aantrekkelijk vinden. Thom lijkt de nauwste band te krijgen met Enea, maar ze worden op een gruwelijke manier uit elkaar gedreven.
Het leek immers even of de straal een nieuw eiland aangetrokken had en de profetie in vervulling zou gaan. Jammer genoeg was dat een val, waar de goedgelovige eilandbewoners met open ogen inliepen. Nu zijn ze in handen van Zeneria gevallen, en moeten ze verder leven als slaaf. Behalve Thom en Jari, zij konden ontkomen. En het is aan hen om iedereen (ook Enea) te gaan redden.
Ik ben héél benieuwd of het hen lukt, want ik heb dit filmisch geschreven boek met veel plezier uitgelezen.