Om 8 uur bij de Ark

Drie pinguïns wonen "ergens op de wereld in een land vol sneeuw en ijs". De kleinste van de drie is rebels en sceptisch. Elke bewering van de andere twee trekt hij in twijfel. Zo discussiëren ze bijvoorbeeld over God en dat levert filosofische pareltjes op, tegelijk grappig en gevat. Terwijl ze aan het zoeken zijn naar sluitende bewijzen voor het bestaan van God, komt een duif de nakende zondvloed aankondigen. Ze worden aangemaand om met twee (!) bij de ark te zijn om acht uur. Waarmee het ultieme godsbewijs geleverd is. Maar de twee grootste pinguïns zitten wel met een nieuw probleem. Ze kunnen de kleine toch niet achterlaten. Dus smokkelen ze hem in een koffer mee de ark op. Terwijl het steeds harder gaat regenen, is hun grootste zorg te vermijden dat de verstekeling ontdekt wordt, want de duif kijkt er streng op toe dat de quota van twee gerespecteerd worden. Van bij het begin heeft de duif het gevoel dat hij iets vergeten is. En als de ark eindelijk terug aan de grond staat, komt de kleine rebelse pinguïn goed van pas om te vervangen wat de duif vergeten is. Dit is een grappige variant op het Noach-verhaal met spitse dialogen en in een volwassen taal. De zwart-witillustraties zijn soms cartoonesk. Een boek om mee te lachen en om bij na te denken.