In dit pop-upboekje wordt het aftelrijmpje van 10 tot 0 uitgebeeld met pinguïns die één voor één verdwijnen. Het vertoont veel gelijkenis met het liedje van tien kleine negertjes, die ook één na één afvallen.
Elke 'verdwijning' kreeg zijn eigen pop-upillustratie over twee pagina's. De afgebeelde situaties in een wereld van sneeuw, ijs en water zijn goed gekozen. Door aan een flapje te trekken kan de kleuter telkens zelf een pinguïn doen verdwijnen. Hier zal hij wel plezier aan beleven, want het zit ingenieus in elkaar. Het rijm in het begeleidende tekstje maakt het de kleuter makkelijk om zelf aan te vullen hoeveel pinguïns er nog overblijven. De tekstjes laten zich goed voorlezen en het einde is verrassend.