Alice zit op een bank in het plantsoen, ze moet aan haar wiskunde taak beginnen maar ze verafschuwt wiskunde. Een vreemde man komt op haar af en ze is verrast wanneer hij vertelt dat hij een wiskundige is. Hij laat Alice ontdekken hoe wiskunde logisch is opgebouwd en goed te begrijpen is. Hij legt uit waarom ons tiendelig stelsel zoveel interessanter is dan de Romeinse cijfers, want in het tiendelig stelsel kan je met enkele cijfers grote hoeveelheden simpel en overzichtelijk noteren. Bv. 3333 schrijf je in Romeinse cijfers: MMMCCCXXXIII. Hij vertelt telkens een verhaal hoe een wiskundig onderdeel werd ontdekt en als lezer ga je geboeid mee op deze ontdekkingstocht. Hij neemt Alice mee in de wondere wereld van de wiskunde. De structuur van het verhaal vertoont sterke parallellen met het echte verhaal van Alice in Wonderland. Ze moeten eerst door het wormgat, een soort tunnel die door tijd en ruimte gaat. Ze belanden in een andere wereld waarin een speelkaartfiguur rozen in groepjes van drie kleuren aan het schilderen is. Bij deze speelkaarten ontdekt Alice de betekenis van een priemgetal. Je wordt meegezogen in het spannende avontuur waarbij vreemde verhalen en figuren een nieuw inzicht in de wiskunde toelichten. Elk hoofdstuk wordt aangekondigd met een geïllustreerd schutblad en een intrigerende titel, zoals 'De zeef van Eratosthenes' die aantoont hoe je snel via het zeven van de veelvouden alle priemgetallen tot 100 kunt vinden. Wist je dat de wanden van een doolhof altijd een aaneengesloten oppervlak vormen? Daarom kom je altijd uit een labyrint als je met één en dezelfde hand de wand, tijdens het lopen, blijft aanraken. Met theetijd zitten ze bij de gekke hoedenmaker en haas aan tafel. De taarten worden omgetoverd in breuken en het verband met het decimaal stelsel komt op tafel. Gaandeweg wordt bij elk hoofdstuk de logica uitgelegd van een nieuw wiskundig inzicht. Het wordt moeilijker en complexer maar de auteur slaagt er wonderwel in om telkens met tekeningen en logische denkstappen het helder uit te leggen. Er komen ook goocheltrucjes in voor waarmee je je vrienden kan verrassen. Ontdekkingen van wiskundige geleerden worden ongelooflijk helder voorgesteld, zoals de rij van Fibonacci. Deze verhouding komt in heel veel elementen in de natuur voor. Als afsluiter is achteraan een wiskundige woordenlijst waar je een perfect geordend overzicht krijgt van alle wiskundige termen en een korte situering van de wiskundige geleerden die in het boek vermeld worden. De lay-out is op en top verzorgd met grappige illustraties. Dit boek is een ware boeiende ontdekking van de wiskunde, dat vele jongeren gelukkig zal maken. Een boek dat hoort op de bovenste plank van elke school. Het is dan ook een meegroeiboek voor kinderen van tien tot jongeren van zestien jaar. Het moedigt aan om door te zetten bij wiskundige struikelblokken.