‘In Amerika draagt iedereen schoenen.’ Het is een statement dat neigt naar het cliché. Maar het weerspiegelt perfect wat de personages van dit boek bezighoudt: het besef van wat zij niet hebben in hun strijd om te (over)leven. In tien verhalen reist Sabine de Vos met jou naar Nepal, Brazilië, Haïti, de Filippijnen, Congo en Zuid-Afrika. Via de ngo Cunina ontmoette ze daar mensen in arme huizen, leerde ze tradities kennen waaronder kinderen gebukt gaan en verbaasde ze zich over zoveel (bij)geloof dat valse hoop geeft. Uit elk land bracht ze verhalen mee. De Filippijnse Myla May bijvoorbeeld verloor bij een vulkaanuitbarsting haar hele familie. Ze was toen zes jaar. Nsele werd geboren in Congo met een knoop in haar benen. Volgens de dorpstovenaar zal ze genezen wanneer drie bliksems tegelijk de lucht doen oplichten. Tot nu toe had ze geen geluk. Maar het zijn niet enkel verhalen van pijn en verdriet. De bergjongen Rajiv beleefde dé Nepalese droom: van bergjongen groeide hij uit tot zakenman en trouwde zijn grote liefde: Amita, de voormalige Kumari, de levende godin. Sabine de Vos brengt oprechte getuigenissen van het dagelijkse leven in andere plaatsen op deze wereld. Door haar eenvoudige realistische taal opent ze je ogen voor dat wat anders is, zonder ooit te oordelen, laat staan te veroordelen. Terwijl je vlot door de verhalen heen leest, leer je mee te kijken en te aanvaarden. En tot het besef te komen dat we – zoals De Vos het zelf zegt – één ding gemeen hebben: we dromen! Dit boek is een mooi voorbeeld van hoe je al lezend jezelf kan verrijken.