Arie kanarie

Het verhaal begint zoals een sprookje met "Er was eens...". En zoals het in sprookjes nogal eens gebeurt, gaat het óók over een buitenbeentje. Arie, een kanarie, leeft in een grote volière met vele andere, kleurrijke kanaries. Maar hij is anders, hij is namelijk volledig wit. Arie heeft alles wat hij nodig heeft in z'n leven: elke dag schoon water, veel stokken, veel ruimte ... Hij heeft slechts één probleem: hij kan niet fluiten. Hij zegt wel "piep" en "twiet", maar dat telt niet. Karel kanarie, z'n vriend, probeert het Arie tevergeefs te leren. Op een dag wordt een nieuw vogeltje in de volière gezet. Arie vindt het zwarte vogeltje de mooiste kanarie die hij ooit zag. Ze kwam helemaal alleen uit Afrika en kan prachtig fluiten. Droevig, maar o zo mooi. Iedereen "praat " met het vogeltje. Arie zou al fluitend willen kennis maken met deze mooie vogel. Maar fluiten kan hij niet ... Zou hij misschien iets anders kunnen dat geen enkele andere kanarie kan?

Dit prentenboek is een samenwerking tussen Tim Gladdines en Lotte Van De Walle. Samen brengen ze een verhaal over vriendschap tussen twee buitenbeentjes: de witte en de zwarte kanarie. Het is een lang verhaal. Het woordgebruik is eenvoudig gehouden waardoor het verhaal goed te volgen is. Lezers voelen zich emotioneel betrokken door de prachtige beschrijvingen. Arie voelt zich een buitenbeentje en is op zoek naar z'n talenten. De blik in z'n ogen spreekt boekdelen: verdrietig, verliefd ... Het verdriet wordt beklemtoond door de zwarte achtergrond. De tekst wordt afgewisseld met zweverige waterverftekeningen. Ze passen heel mooi in de sfeer van het verhaal. Het is een mooi verhaal om voor te lezen aan iets oudere kleuters.