Bakker Doodbrood
In dit vijfde boekje over het stadje Hellevorst gaan Rip en Rouw op bezoek bij de plaatselijke bakker, Bakker Doodbrood. In het rijtje van griezelige namen misschien nog een van de beteren. Tuinman Priknetel, een eerder verschenen boekje, bijvoorbeeld deed me niet bepaald bibberen.
Het boek hoort griezelig en grappig te zijn. Maar spijtig genoeg is dat niet tot zijn recht gekomen. Er gebeurt niet heel veel. Het begon nog een beetje belovend: de bakkerij zou uniek zijn, hier kies jij niet het gebak, het gebak kiest jou. Rip en Rouw worden na deze boodschap meegenomen van plaats tot plaats in de bakkerij. En op het einde wordt dat even terug opgenomen, met twee koekjes die tot aan de voeten van Rip en Rouw rollen. Niet bepaald verrassend.
Bakker Doodbrood probeert soms grappig te zijn. Met in de ene hand een beschuit met muisjes en in de andere een beschuit met een muis. Die vorm van humor regeert over het hele boek. Er is ook iets aan de hand met de koksmuts van de bakker, maar ook dat is op het einde een teleurstellend weetje.
De tekeningen zijn vreemd en slaan niet aan.
Het boekje hoort makkelijk te lezen te zijn, maar de bladspiegel is heel druk en afleidend. Er wordt wel wat met taal gespeeld, wat gelukkig het verhaal nog iets van waarde geeft.