Beren delen niet!
Beer moet geeuwen, hij krijgt het koud en heeft honger. Zijn vriend, de eekhoorn, wil samen met hem eten zoeken vooraleer Beer aan haar winterslaap moet beginnen. Ze vinden allerlei soorten voedsel: van noten en bessen, tot pizza en ijs. Beer smikkelt altijd als eerste alles op en laat niets meer over voor Eekhoorn. 'Beren delen niet!', is steeds het antwoord op de verbaasde blik van Eekhoorn. Op het einde van hun zoektocht komen ze een heuse picknick tegen met alles erop en eraan. Ook daar eet Beer weer alles op tot ze een grote, kleurrijke taart ziet. Haar mond gaat al heel wijd open, maar dan kijkt ze naar Eekhoorn en ... wil ze uiteindelijk wél delen.
De humor in de illustraties is van een heel andere orde dan de humor in de tekst. In de tekst is het goedkope humor die op een heel geknutselde manier gebruikt wordt en dus geforceerd overkomt. In de illustraties is de humor subtiel en zit ze op een subtiele manier verweven in de tekeningen zonder opdringerig te zijn. Sommige leuke details zie je pas nadat je het boek een tweede of derde keer vastpakt, zoals de mieren die met een deel van de picknick de boom in klimmen of de smalle tong uit de mond van Beer die het ijs wil oplikken en de stukjes taart die Eekhoorn voor de winter heeft verstopt in zijn nest. Ook de kleine kriebelbeestjes die verspreid over het boek voorkomen, komen op het einde elk hun stukje van de taart vragen. De kleuren zijn fel en aantrekkelijk, maar de uitwerking van Beer –hoewel één van de hoofdpersonages– vind ik het minst van alle dieren. Het boek moet het vooral hebben van de illustraties, want de tekst spreekt minder aan. Er zijn bedenkingen gemaakt die tussen haakjes staan, bedoeld om grappig te zijn, maar die eerder storend overkomen. Het lettertype komt nogal opdringerig over en stoort soms in het geheel.
Het blijft echter een fijn kinderboekje dat delen met elkaar bespreekbaar maakt en dat het niet alleen anderen blij maakt, maar ook jezelf, net zoals Beer: 'Beer was ook blij. Van delen kreeg ze een fijn gevoel in haar buik – nog meer dan van al die dingen die ze had gegeten.' Mocht je toch absoluut iets educatief willen meegeven dan is de laatste bladzijde gewijd aan wilde dieren in de winter, met vooral beren en eekhoorns in de hoofdrol.