Bioboy

Floris is een tiener die met zijn gezin van de stad naar een dorp verhuist. Hij mist zijn vrienden en krijgt nogal wat aanpassingsproblemen te kampen. Op school loopt alles mis. Hij wordt verkeerd begrepen en zet zich hoegenaamd niet meer in tijdens de lessen. Meer en meer gaat hij spijbelen. Hij loopt op die manier de verkeerde vrienden tegen het lijf. De leider van het groepje zet Floris ertoe aan om vandalisme te plegen. Floris wordt betrapt en krijgt een alternatieve straf: hij moet tachtig uur gemeenschapsdienst verrichten. Op die manier leert Floris het 'Klapperbos' kennen. Het is na een lange moeilijke tijd de enige plek waar hij zich veilig en begrepen voelt. Floris verandert zijn naam in Bioboy. Dan blijkt dat het Klapperbos zal moeten wijken voor de uitbreiding van een kmo-zone. Floris trekt zich als een kluizenaar terug in “zijn” bos en strijdt op zijn manier voor het voortbestaan van dit prachtige stukje natuur. Deze roman voert de lezer in een vlotte schrijfstijl doorheen een web van actuele problemen waarmee jongeren te maken kunnen hebben: drugs, afpersing, vandalisme, hypocrisie, milieuproblemen en onrechtvaardigheid. Soms lijkt het allemaal wat te veel van het goede en worden bepaalde personages wat ongeloofwaardig.