Dank je wel

‘Dank je wel’. We zeggen het formeel maar ook vaak spontaan en meestal welgemeend. Jarvis gaat hier nog een stapje verder. Op elke bladzijde verzint hij een reden waar het innemende jongetje dankbaar om is. Het lijkt zo eenvoudig, dank je zeggen aan de maan voor de nacht en de zon voor de dag. Minder vanzelfsprekend maar daarom niet minder waar klinkt het wanneer hij ‘dank je’ zegt tegen geel en blauw voor het groen of tegen zijn tandenborstel voor zijn lach. Origineel is het bedankje aan z’n hoed die zijn gedachten niet laat wegwaaien en aan de tyrannosaurus die hem het langste woord geeft dat hij kent. De dank je wel's stapelen zich op tot ze uitmonden bij ‘Dank je wel, mezelf, dat ik ik ben. Dank me wel. Heel erg bedankt.’

De zachte achtergrondkleuren accentueren de toon van dit boek. Daarin verbeelden de illustraties die uit collages bestaan de uitspraken van het jongetje. Tekst en beeld die een harmonisch en ook speels geheel vormen, stralen rust uit. Ze roepen verwondering op en inspireren.