De allerleukste vakantie ooit
Vader tijger en zijn zoontje Jip vertrekken samen op vakantie. Het moet de leukste vakantie ooit worden. Ze gaan kamperen en daar weet Jip alles van. Met heel veel enthousiasme helpt hij de wagen laden. Met heel veel vertrouwen in z’n vader rijden ze samen weg. Wanneer ze na een erg lange reis hun bestemming bereiken, blijkt pap toch niet de meest ervaren kampeerder te zijn. Met een tent opzetten lijkt hij niet erg vertrouwd, natte lucifers maken het campinggasje onbruikbaar, en in kaartlezen is hij ook geen held. Bovendien geeft pap ook een eigenwijze indruk. De hulp van de joviale berenfamilie die naast hen op de camping verblijft, wijst hij elke keer wanneer het mis gaat, af. Tot de familie Beer, tijdens een kanotocht waarin Pap en Jip razendsnel met hun kano op een spetterende waterval dreigen af te varen, ingrijpt. Dan aanvaardt papa wel hun hulp en doet de familie Beer iets geweldigs. Als de kleine beer vraagt of ze ’s avonds liedjes willen komen zingen bij het kampvuur, gaat Jip gretig op deze uitnodiging in. Zo wordt de veelbelovende vakantie die langzaam in mineur leek te eindigen uiteindelijk toch de allerleukste vakantie ooit.
In dit grote prentenboek wordt het verhaal vanuit het standpunt van Jip vertelt. Op de paginavullende kleurrijke illustraties bracht Seb Braun de personages tussen talrijke details mooi tot leven. Het enthousiasme en de teleurstelling van Jip zijn heel treffend en maken dat je het kleine tijgertje al snel in je hart sluit. Ook pap wekt met zijn stunteligheid, koppigheid en eigenzinnig gedrag herkenning op. Korte zinnen met vetgedrukte woorden die aandacht vragen wisselen tekstballonnetjes af en verwoorden perfect wat er op de illustraties te zien is. Daardoor is ‘De allerleukste vakantie ooit’ niet alleen een fijn voorleesverhaal. Het richt zich ook uitstekend tot eerste lezers. De illustraties vertellen wat er tussen de eenvoudige zinnen te lezen valt.
Doordat er op de illustraties zoveel te zien is, nodigt het boek uit tot meerdere keren lezen en bekijken. Een eerste keer om te genieten en je te laten verrassen, en een volgende keer om aan de hand van de illustraties zelf al te voorspellen wat er fout zal gaan. Precies zoals het eerder verschenen deel ‘De allerleukste dag ooit’, is dit een prentenboek om lang plezier mee te beleven.