Dit kleine boekje bevat zes korte verhaaltjes met Lester en Bob in de hoofdrol. Het begint met voorstelling van de twee vrienden. Lester de eend is geliefd, wordt bewonderd en is de held van iedereen. Hij houdt van avontuur en is een echte babbelaar. Bob de beer is lief en betrouwbaar. Hij doet het liever rustig aan en is dol op taart. De vrienden zijn onafscheidelijk hoewel ze wel heel erg van elkaar verschillen.
Lester en Bob beleven geen echte avonturen. Het zijn eenvoudige verhalen over herkenbare dingen zoals zich vermommen om mee te mogen spelen, voor even op ‘wereldreis’ gaan, elkaar missen, humeurig zijn, lekkers met elkaar delen en gepaste kledij zoeken voor een uitstapje. Veel moet je tussen de lijnen door lezen of uit de prenten afleiden. Bob wordt eigenlijk steeds beetgenomen en echt leuk lijkt deze vriendschap niet. De omfloerste grapjes met onuitgesproken pointe zijn niet altijd even gemakkelijk te begrijpen voor kinderen.
De linkerbladzijde bevat telkens enkele lijntjes tekst die rechts geïllustreerd worden. De eenvoudige afbeeldingen zijn zwart omlijnd en zijn minimalistisch met veel witruimte rond de duidelijk afgebakende kleurvlakken.