De geboorte van de computertaal

Van de reeks Wonderwaar-Clavis Informatief is de ondertitel: wetenschappelijke verwondering voor onderzoekers vanaf 6 jaar. Dit is de achtste boek uit de reeks na onder andere Is er leven in het heelal en Hoe de aarde beweegt. Met elke titel wil de auteur kinderen meer informatie geven over een onderwerp uit de wetenschappelijke wereld. Met dit boek is het de beurt aan de geboorte van de computertaal. Om dat complexe gegeven uit te leggen aan jonge lezers, vertrekt Jan Leyssens vanuit het tellen. Zowel in het dierenrijk, als bij onze voorouders in de eerste nederzettingen, speelde tellen al een belangrijke rol. En van daaruit werden er verschillende machines ontworpen om het tellen en rekenen te ondersteunen. Onder andere de abacus en de pascaline worden aangehaald. De abacus was een telraam dat handelaars ondersteunde bij het tellen. De pascaline op zijn beurt is een toestel dat zelf sommen kon uitrekenen. De echte voorloper van de rekenmachine dus. En als je de lijn van die en volgende uitvindingen volgt, kom je te weten dat het de voorlopers zijn van de huidige computer.

De tekst en de gebruikte woordenschat is eenvoudig en beknopt. Per dubbele bladzijde is maximaal een derde ingenomen door tekst. De illustraties geven de tekst wat meer concrete houvast, maar vind ik soms meer passen bij een verhalend boek dan bij een non-fictie. Daarnaast zijn de illustraties ook best donker. Bij de pascaline bijvoorbeeld zie je een schets van de pascaline, maar het wordt er niet echt duidelijker door hoe die werkte (behalve dat hij gebruikt maakte van tandwielen). De paginagrote illustratie toont de Franse wiskundige Blaise Pascal die het toestel uitgevonden heeft aan zijn bureau.

Over recente ontwikkelingen wordt niet dieper ingegaan. Op het einde van het boek wordt snel geschakeld van de eerste computer in 1947 naar de situatie in de jaren ’70. De focus ligt daardoor heel duidelijk op de machines die de voorlopers waren op onze huidige computers. Daarom geeft dit boek voor mij te weinig concrete informatie. Een gemiste kans om over een complex onderwerp een boeiend non-fictieboek te maken.