De Grote Grijpmedan
Wanneer Konijn op een dag zijn hol wil binnengaan, wordt hij afgeschrikt door een luide stem. "Ik ben De Grote Grijpmedan en ik ben zo griezelig als maar kan", klinkt het vanuit de diepe gang. Na Konijn wagen Kat, Beer en tot slot Olifant hun kans om de Grote Grijpmedan te trotseren maar geen van allen slaagt daarin. Tot mama Kikker zich aandient. Ze laat zich niet afschrikken door de luide stem vanuit de diepte en beveelt De Grote Grijpmedan daarbinnen om onmiddellijk tevoorschijn te komen. Grote opluchting is er dan te zien wanneer een onooglijk klein kikkertje zich vrolijk bij zijn moeder voegt.
In de korte heldere tekst, die door Bette Westera respectvol werd vertaald, vallen rijm en herhaling op. Ze dragen ertoe bij dat korte krachtige zinnen met zorgvuldig gekozen woorden en uitdrukkingen betekenis krijgen en dat de spanningsboog subtiel wordt opgebouwd. De expressieve met aquarel en potlood uitgevoerde illustraties die doorlopen op de op elkaar aansluitende bladzijden brengen het geheel tot leven. Julia Donaldson, auteur van de Gruffalo en Helen Oxenbury, gekend van ‘Wij gaan op berenjacht’ zijn erin geslaagd hun talenten te combineren in een aantrekkelijk uitgegeven prentenboek waarin spanning en humor evenwichtig samenvloeien.