Wolf is een jongen zonder achternaam. Hij gaat niet naar school en 's nachts slaapt hij in een hangmat. Eigenlijk is Wolf een rondreizende held die allerlei avonturen beleeft. Z'n ouders hebben niet veel tijd voor hem en zijn ook op doorreis. Na z'n avontuur in het vorige boek 'De duivel van de slotenbuurt', belandt Wolf in het bergdorpje Brigan. Het is een vreemd dorpje. De huizen zijn hem te grijs, de straten te stil, er zijn geen spelende kinderen, je hoort er geen lach door de straten dwarrelen. Wolf besluit om het dorp zo snel mogelijk te verlaten. Maar al snel komt Wolf in een situatie terecht die hij eerst nog moet afhandelen vooraleer hij verder kan trekken. In het dorp gebeuren immers vreemde zaken. Wolf ontdekt dat er een soort vloek over het dorp rust. De inwoners geloven in de vreemde voorspellingen van Senade, de 'heks', die meestal ook uitkomen. Er is ook veel geweld. Wolf komt tot de ontdekking dat Senade bij iemand een voorspelling doet en er nadien een bende jongeren op afstuurt die hier geld voor krijgen. Wolf is ontgoocheld in Senade. Hij was trouwens zelf ook al eens bij haar langs geweest. Uiteindelijk blijkt dat Albert van een immobiliënkantoor de bedoeling heeft een skioord van het dorp te maken. Hij hoopt dat de mensen er weggaan zodat hij de huizen kan kopen en nadien verkopen om er een hotel van te maken. Senade werd erin geluisd. Al haar voorspellingen werden afgeluisterd en nadien werkelijkheid gemaakt. Het verhaal is best spannend maar niet bijster origineel. Met een 'held' als Wolf wil elke negenjarige zich graag identificeren. Zijn familieleden zijn alleen in de vorm van herinnerde raadgevingen aanwezig. Af en toe staan er mooie beschrijvingen in het boek; zo wordt de mist beschreven als "de adem van de draak". Kortom, een avonturenverhaal dat vlot wegleest.