De laatste envelop

Na haar rondreis door Europa de afgelopen zomer, is Ginny terug in Amerika. Maar op een dag krijgt ze bericht van een onbekende Londense jongen, die in Griekenland haar gestolen rugzak met de laatste brief van tante Peg heeft gevonden. Halsoverkop vliegt Ginny naar Londen, waar ze bij haar oom Richard verblijft. Samen met Keith op wie ze in het vorige boek verliefd werd, zijn nieuwe vriendinnetje Ellis en de mysterieuze Oliver volgen ze de aanwijzingen van de dertiende brief om een laatste kunstwerk van tante Peg terug te vinden. In een krakkemikkig autootje reizen ze van Londen naar Parijs en over Amsterdam naar Dublin.
Opnieuw een boek met een vrij chaotische structuur, waarbij er op het eerste gezicht nogal doelloos wordt rondgereisd. Op verschillende locaties vinden ze onderdelen van een kunstwerk. Oliver eist een deel op van wat het zal opbrengen tijdens een veiling en geeft de geheimen van de brief met mondjesmaat vrij. De personages evolueren niet echt en ondanks de vele kansen die er zijn tijdens deze roadtrip, blijven veel zaken onuitgesproken. Daardoor moet er op het einde snel een en ander bijgestuurd worden en dringend gepraat: over gevoelens, met Keith, die haar niet durfde te vertellen dat hij een vriendinnetje had, met Oliver, die uiteindelijk toch afziet van het geld dat hij had kunnen opstrijken en wiens beweegredenen niet duidelijk zijn en met Richard, die kan uitzoeken of ze misschien in Engeland naar de universiteit kan. Zin voor spanning en avontuur ontbreekt, hoewel het verhaal best wat mogelijkheden schept. Een nogal onnozele bakvissenfoto siert de cover.