De slavendanser

New Orleans, 1840. Op een avond doet Jessie een boodschap voor zijn moeder en hij wordt ontvoerd. Hij belandt op een schip dat slaven gaat halen in Afrika. Jessie werd meegenomen om fluit te spelen eens de slaven aan boord zijn, zodat ze in beweging blijven en niet te stram zijn als ze verkocht worden. Het leven op een slavenschip is verschrikkelijk hard en meedogenloos. Ziekte en honger slaan toe, maar vooral de vetes en wreedheid onder de bemanning treffen Jessie in het hart. Deze onmenselijke behandeling van de slaven zal Jessie zijn hele leven blijven achtervolgen. Zelfs als volwassen man kan hij geen muziek meer horen want dan doemen de afschuwelijke beelden van vroeger weer op. Deze jeugdroman behaalde verschillende prijzen, en terecht! De realistische beschrijving van deze mensenhandel en de onmenselijke behandeling van de zwarte slaven doen jonge lezers hopelijk stilstaan bij de mogelijke gevolgen van racisme. In dit boek wordt de geaardheid van de mens tegen het licht gehouden; de laagheid, lafheid, hebzucht en ongevoeligheid van de bemanning en de maatschappij van toen houdt ons en onze samenleving een spiegel voor.