De stad van as

Dit boek is het vervolg op 'De Maanspiegel'. Daarin maakten we kennis met de Bajka, een vreemd dwergvolkje dat in Podzagoera, een streek in de Karpaten, woont. Professor Minten doet al jarenlang onderzoek naar dit volk maar vindt weinig gehoor in het wetenschappelijk milieu. Hij trekt zelf naar de Karpaten om zijn onderzoek verder uit te diepen en wordt al spoedig gevolgd door zijn kinderen, Leo en Luna en zijn vrouw Ellen. Een ongeloofwaardig avontuur is dan het gevolg en 'De Stad van As' is het nog ongeloofwaardigere vervolg erop… Ellen, Leo, Luna en buurjongen Emiel willen uit het duistere Podzagoera vertrekken om eindelijk naar huis te gaan. Op hun terugweg worden ze aangevallen door de handlangers van de sadistische en gevoelloze dictator Skwar. Ellen wordt gevangen genomen en moet als dwangarbeidster in de stinkende onderaardse fabriek van Skwar gaan werken. Daar ontmoet ze Peter, de vader van buurjongen Emiel. Die is al een tijdje bezig aan een groots ontsnappingsplan. En professor Minten loopt ondertussen verder met zijn neus in de wolken, op zoek naar zijn gegevens over de Bajka … Als lezer vind je dit al dadelijk vreemd: waarom de mama wel gevangen nemen en de kinderen niet? En hoe onvoorstelbaar is het dat Ellen nu net de papa van Emiel tegenkomt! Je stelt je al vlug vragen bij het gammele scenario. 'De Stad van As' is mogelijk nog onevenwichtiger dan zijn voorganger 'De Maanspiegel'. Het verhaal zit vol met tegenstrijdige feiten, wringt en zoekt wanhopig naar een goed geolied einde, maar slaagt hier niet in. De illustraties zijn ouderwets, de sfeer is grimmig, duister, bizar en vindt geen aanknopingspunt. Deze boeken zijn de eerste twee van een vierluik. Of er lezers reikhalzend uitkijken naar de volgende boeken, valt zeer te betwijfelen!