De stad zonder kleur
Jasper komt wonen in een stad die zich promoot met: "We hebben de mooiste pleinen, prachtige fonteinen en zelfs een standbeeld van een boom". Maar Jasper ziet alleen grauwe steen. Hij is ontgoocheld en neerslachtig. Maar als hij 's morgens gewekt wordt door zonnestralen weet hij wat er ontbreekt: Kleur. Hij voelt een vrolijk geborrel van nieuwe ideeën en die duwen alle somberheid opzij. Gewapend met verf in alle kleuren van de regenboog wil hij de stad doen leven. Hij wordt echter onmiddellijk teruggefloten door een agent: "Grijs is wat we gewend zijn, dus grijs is wat we willen in onze stad! Spiksplinter-sprankelend, glimlachend grijs", snauwt hij. Zo kan er nooit iets veranderen, denkt Jasper. Hij wil de mensen laten wennen aan kleuren en hij begint slingers te maken. Die kleurrijke slingers hangt hij over het standbeeld van de boom. Maar de mensen lopen hem achteloos voorbij. Alleen de agent daagt weer op. Hij vindt die slingers zwerfvuil en gebiedt Jasper om het onmiddellijk op te ruimen. En hij voegt eraan toe: "Dit is geen plek voor knoeiende kunstenaars." Jasper besluit om de stad te verlaten maar dan komt er papieren vlieger zijn kamer binnenvliegen. Hij is roze en er staat op: "Blijf Alsjeblieft". Aan de staart van de vlieger zit een touw dat leidt naar een venster aan de overkant. Daar woont een meisje, Floortje, dat wel gevoelig is voor kleuren. Aan het touw hangt een mandje en zo onstaat er een briefwisseling en een uitwisseling van ideeën en dingen over en weer. Tot er in het mandje een pakje staat waarin een plantje zit. Uit het plantje komt een bloem en ze zaaien er nog meer. De planten groeien en de bloemen bloeien en er ontstaat boven de straat een brug van groen en bloemen. Stilaan volgen de buren hun voorbeeld en overal in de stad komen planten en bloemen. De stad komt letterlijk tot leven. Dit verhaal is een ode aan de creativiteit. Het kan kinderen aanzetten om hun omgeving groener en kleurrijker te maken.