De trolmops leidt je om de tuin
Dit boekje gaat over de natuur. Dat zie je al op het eerste zicht. Niet alleen is er op de cover gekozen voor verschillende natuurlijke tinten, het is een boekje in de vorm van een boomstronk. Dat maakt het boekje meteen origineel. Om die trend door te zetten, kan je achterin het boekje een vergrootglas vinden en een sticker. Met het vergrootglas kan je verschillende prenten beter bekijken. Misschien zijn ze niet de allermooiste, maar er werd wel rekening gehouden met details. De sticker dient om meer bewustwording te creëren en misschien ook wel wat reclame voor het boek te maken.
Dit boek focust vooral op de kleine beestjes die we in de natuur terugvinden. Maar dat doet het niet zomaar. Het is de trolmops die ons rondleidt. Dat fantasiewezen gebruikt erg veel taalmopjes waardoor het boek niet zo toegankelijk is voor jonge kinderen. Dat begint natuurlijk al bij de titel: “de trolmops leid je om de tuin”, want welke kleuter kent er het spreekwoord “om de tuin geleid worden”?
In het “onvoorwaardelijk voorwoord” lezen we ook dat we vast allemaal “nog een bloem en wat gras dat wat groen is” willen. Daardoor gaat een deel van de opbrengst naar een goed doel dat zich inzet voor milieubehoud.
Nadat de trolmops ons liet kennismaken met zichzelf en verschillende beestjes uit onze tuin, leert die ons ook hoe we een insectenhotel kunnen bouwen. Daarna volgt er nog een korte insectenencyclopedie waarin we korter en op een iets minder speelse manier kennismaken met nog twintig andere insecten.