De wonderbril
Sjuuls opa is een half jaar geleden overleden. Ze mist hem heel erg. Wanneer ze in het park gaat spelen, gaat ze eventjes rondsnuffelen in de werkplaats van opa. Daar vindt ze opa's oude bril. Wanneer ze hem opzet, ziet ze vreemde dingen. Ze is onder water en haar vriendje Tim wordt plots een kikker. Ze zegt tegen Tim dat ze gedroomd heeft; anders denkt hij vast dat ze gek is. Wanneer ze thuis de bril weer opzet, is haar moeder een bloeiende plant. Er groeien takjes uit haar hoofd, op haar schouders groeien bloemen. Wanneer ze in het fotoalbum foto's zoekt van opa, staat opa er maar heel klein op. Maar met de bril ziet ze ook opa in het echt. Aan oma durft ze de bril niet tonen. Want oma huilt de hele dag, ze mist opa enorm. Wanneer oma in het ziekenhuis ligt, ziet Sjuul opa door de bril. Hij vertelt hoe het is om dood te zijn en dat hij in haar hoofd nog leeft. Terug thuis vertelt Sjuul dit aan haar oma die opfleurt. Nu nog hopen dat de bril ook Tim kan helpen want zijn ouders gaan scheiden en hij mist zijn papa ...
De illustratie op de cover laat je een totaal ander verhaal verwachten. Het boek gaat over het gemis van een dierbaar iemand en hoe je hiermee omgaat. Voor Sjuul is het niet leuk dat oma zo moet huilen en ze wil haar graag helpen. Maar ze is bang van de reactie van oma. De illustraties in zwart-wit zijn soms een beetje vreemd. De personen hebben speciale ogen. Het verhaal heeft veel dialogen, de korte zinnen zijn gemakkelijk leesbaar. Dankzij de fantasie van Sjuul wordt het gemis draaglijker. Sommige volwassenen gaan mee in haar fantasie. De achterliggende boodschap is echter moeilijk te begrijpen door jonge lezers.