Dixie & Dinky. De grote race

Dixie en Dinky zijn beste vrienden en ze hebben beiden een passie voor snelle auto's. Dixie heeft een mooie vuurrode cabriolet.  De auto is niet nieuw maar wel tip top in orde en brandschoon. Dixies buurvrouw, Ella Loe, is een erg kokette en niet zo lieve dame. Ze koopt elk jaar een nieuwe maar vooral dure wagen. Wanneer de remmen van Dixies auto het tijdens een autorit begeven, belanden Dixie en Dinky met de voorkant van de auto over de rand van de afgrond. Gelukkig worden de twee vrienden geholpen door een vriendelijk stel met drie kinderen. Als Dixie en Dinky kort na hun avontuur een poster zien met een aankondiging voor een echte autorace besluiten ze deel te nemen. Dixie zal sturen, Dinky is bijrijder. Maar ook Ella Loe heeft zich voor de race ingeschreven. Ze heeft zelfs speciaal voor de race een echte racepet gekocht. Hoe de race verloopt, welke avonturen de vrienden op hun weg tegenkomen, wie de race wint, ... het staat allemaal te lezen in 'Dixie en Dinky. De grote race'. De rood-roze kaft met Dixie en Dinky in een vuurrode cabriolet spreekt niet meteen aan. Ook de titel ‘De grote race’ doet je niet meteen stilstaan. Maar … eenmaal je het boek geopend hebt, is het bijzonder moeilijk om het niet uit te lezen. Het boek is op een leuke manier ingedeeld. Eerst krijgen we een overzicht van de hoofdstukken. Deze pagina eindigt met de woorden "… en nog veel meer!". En die vier woorden prikkelen je nieuwsgierigheid. Komt er na hoofdstuk 7 nog een hoofdstuk of wordt de lezer getrakteerd op andere leuke weetjes? De volgende pagina’s laten ons kennismaken met Dixie. Na het interview met Dixie, krijgen we foto’s van de rest van het gezelschap te zien. Er wordt ons ook verteld wie wie is en wat dat personage doet. Vervolgens wordt ons een kaart van Hierloo en Daarloo getoond. Deze kaart leert ons dat de Hierloose heuvels een echte afgrond herbergen. De verschillende hoofdstukken worden van elkaar gescheiden door een witte linkerpagina en een voor drievierde rood-wit gerasterde rechterpagina. Het bovenste vierde van elke rechterpagina heeft een volledig witte achtergrond met een afbeelding van het personage dat in dat hoofdstuk de hoofdrol speelt. In de rood-witte rastering is een wit vlak gelaten waar in duidelijke zwarte letters staat te lezen om welk hoofdstuk het gaat. Het verhaal zelf leest als een trein. De gebruikte woordenschat sluit nauw aan bij de leefwereld van de doelgroep. Hier en daar duikt een iets moeilijker woord op maar dit kan misschien een uitdaging voor de lezer zijn. De illustraties zijn eenvoudig maar magnifiek mooi. Zalmroze en rood, wit en zwart en een scala aan grijstinten maken de tekeningen beeldig in hun eenvoud. Het gebruik van grijs-zwarte potloodtrekken maakt van de tekeningen energieke en levendige beelden. Na het verhaal krijgen we opnieuw een kaart van Hierloo en Daarloo te zien. Maar wie alert is, merkt dat op deze kaart Dixies wereld weergegeven wordt en dat Dixies huis en het huis van Ella Loe aangeduid werden. De laatste pagina’s leren ons een aantal spelletjes die we in de auto kunnen spelen zoals ‘ik zie, ik zie’ of ’het nummerbordenspel’, een Dixie Drijver-quiz. We maken ook kennis met Dixies familie aan de hand van een fotoboek. Ook de schrijfster Shirley Hughes en haar dochter en illustrator van dienst, Clara Vulliamy, worden op een grappige manier aan ons voorgesteld. Dit alles maakt het boek een ideaal boek voor eerste lezers. Een perfect geschenk voor een eerste communie of een lentefeest.