Doornroosje

Heel lang geleden verlangden een koning en koningin vurig naar een kind. Op een dag vertelde een kikker bij de vijver van het kasteel dat hun wens weldra in vervulling zou gaan. Ze waren zo gelukkig met hun dochtertje dat ze een groot feest gaven. Ze nodigden ook de feeën uit maar omdat ze slechts twaalf gouden bordjes hadden en er dertien feeën waren, werd er één niet uitgenodigd. Woedend sprak de dertiende fee een vloek uit: als ze vijftien was, zou het meisje zich aan een spinnenwiel prikken en sterven. De twaalfde fee had haar wens nog niet uitgesproken en daarom wenste ze dat de prinses niet zou sterven maar honderd jaar zou slapen. De voorspelling kwam uit en na honderd jaar trof een ridder iedereen op het kasteel slapend aan. De schoonheid van de prinses trof hem zo sterk dat hij haar kuste. De prinses ontwaakte en het hele kasteel met haar. Doornroosje trouwde met de prins en ze leefden nog lang en gelukkig.
Het sprookje is klassiek verteld zoals de Gebroeders Grimm het ook geschreven hebben en het is gekaderd in romantische tevens klassieke illustraties. Het geheel oogt lieftallig door het kleurrijke palet van zachte pasteltinten en de fijne gestilleerde details. De eerder statische figuren met weinig expressieve gezichten doen oubollig aan.